Johannes 6: 15: Wil Jezus geen koning worden? (4e zondag veertigdagentijd)

Liturgie morgendienst zondag 26 maart 2017
Zondag ‘Laetare’ (Jesaja 66: 10a en 11)
Votum en groet
Zingen: Ps. 122: 1,2,3
Tien Woorden opnieuw
Zingen: Lied 175: 1a,2m,3v,4a
Gebed
Schriftlezing: Joh. 6: 1-15 en 22-35
Zingen: Lied 463: 1,2,3 ‘O Heer die onze Vader zijt’
Verkondiging: Joh. 6: 15
Zingen: Gz. 57: 1,2,3 ‘Ik ben het levensbrood’
Gebed
Collecte
Zingen: NLB 546: 1-5 Wees blijde nu, in ’t midden van het lijden
Zegen
—————————————————————————————————————-
Gemeente van Jezus die is de Christus=Gezalfde=Koning
dia 1
De verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn weer achter de rug.
Verkiezingen waarbij de keus nog nooit zo groot was: bijna 30 partijen.
Verkiezingen waarbij er ook de keus was voor christelijke politiek.
Je kon zelfs – wat je er ook van denkt – uitdrukkelijk kiezen voor Jezus.
dia 2
Het was de leus van de politieke partij die zich noemt ‘Jezus leeft.nl’,
met programmapunten als kiezen voor leven, kiezen voor een groene
en duurzame samenleving, kiezen voor uit de EU, en kiezen voor Israël….
Het geeft te denken allemaal, de uitslag was voor hen erg mager….

We hebben gelezen wat er gebeurde ruim tweeduizend jaar geleden,
in Israël zelf, bij het meer van Galilea, toen Jezus zelf nog op aarde was.
Stel dat er toen verkiezingen geweest waren, en Jezus verkiesbaar was.
Hij had die verkiezingen in elk geval in de kieskring Galilea overtuigend
gewonnen, want wie wil nou niet zo’n veelbelovende leider die massa’s
kan voorzien van levensonderhoud, die niet alleen belooft maar wat Hij
belooft ook kan waarmaken, en die al je problemen in een handomdraai
kan oplossen: geen honger meer, geen ziekten meer, geen dood meer.
Stel je voor dat vandaag een politieke partij dat zou beloven en zou doen.
Ik denk dat ze met overtuigende meerderheid alleen konden gaan regeren

Nou, zoiets kwam op gang na dat geweldige wonder van Jezus daar op
de berghellingen rond het meer van Galilea: eten in overvloed voor een
paar duizend mensen, vanuit dat armzalige begin van één lunchpakketje.
Het gerucht zoemde rond door de massa: dit is vast de beloofde profeet!
En alles wees erop dat ze Jezus onder druk wilden zetten – er staat zelfs:
Hem wilden dwingen met hen mee te gaan – om Hem koning te maken.
Ja, want wie wil nou zo’n koning niet, niemand zorgt toch beter dan hij?
Waarop Jezus de mensen de mensen liet en zich terugtrok op de berg. dia 3
Kies voor Jezus, was de leus, maar Jezus stelde zich niet verkiesbaar.
Om erachter te komen waarom Jezus zich niet liet meeslepen door het enthousiasme van de mensen die overal achter Hem aan kwamen en Hij zo geen koning wilde
worden, moeten we eerst beter in beeld krijgen wat er eigenlijk op die berg gebeurde.
Deze keer was het niet Jezus die de mensen opzocht voor onderwijs en wonderen.
De andere evangelisten die vertellen van dat eten geven aan al die mensen, vertellen nog duidelijker dan Johannes dat Jezus vanuit de hectiek van Judea
zich terugtrok in de heuvels van Galilea, samen met zijn discipelen die in zijn
opdracht stad en land waren rondgetrokken met de boodschap van Jezus.
In Marcus 6: 31 staat dat hun Meester hen en zichzelf pauze gunt: “Kom, we
gaan naar een stille plek om wat uit te rusten”. Daar was alle reden voor, “want”
(vertelt Marcus erbij, gehoord van Petrus die er zelf bij was) “er kwamen steeds
zo veel mensen, dat Jezus en de leerlingen niet eens even konden eten”.
Neem dat ook maar mee naar uw eigen misschien wel drukke en hectische leven
dat Jezus en God zijn Vader ons rust gunt, dat de boog niet altijd gespannen kan
en hoeft te zijn, en dat als je vertrouwt op Vaders goede zorgen, ja ook leert om
los te laten, je te ontspannen, en dat je ook niet alle kaarten hoeft te zetten op
een zo goed en gerieflijk mogelijk leven hier en nu – wat juist dat verhaal dat we
vanmorgen met elkaar lezen en voor ons is opgeschreven, ons mee wil geven.
dia 4
Maar om naar het begin van dit gebeuren terug te gaan: de rust werd Jezus en zijn vrienden niet gegund – nog even de vertelling van Petrus via de pen van Marcus:
“veel mensen zagen hen wegvaren en begrepen waar ze heengingen; overal vandaan liepen mensen snel naar die plek toe, ze waren er nog eerder dan de
leerlingen” (Marcus 6: 33) – en dan zou Jezus Jezus niet zijn als Hij niet er
weer helemaal was voor de mensen: “toen Jezus uit de boot stapte, zag Hij al die mensen staan; Hij kreeg medelijden met hen, want Hij dacht: het lijken wel schapen zonder herder”- en dan zul je maar de Goede Herder zijn die zelfs zijn leven voor
zijn schapen over heeft – Jezus ging weer vertellen over God en zieken genezen.
Volgens Johannes trok vooral dat de mensen aan: “een grote menigte mensen volgden Hem, omdat ze gezien hadden welke wondertekenen Hij bij zieken deed”.
En weer: wie zou dat niet snappen, je zult maar al lang ziek zijn, opgegeven zijn,
of iemand uit het gezin of de familie hebben die tob met allerlei kwalen, dan heb
je er toch alles voor over om naar die beroemde dokter te gaan, wat het ook kost..
ja en bij Jezus kost het ook niet eens geld, alleen tijd en een soms verre reis…..
je voelt zelfs de honger niet want je wilt alleen dat ene: naar die Jezus toe…

Maar de Heer weet als geen ander wat een mens nodig heeft, als zelf ook mens.
Ja, en als zeg maar de Gastheer van die duizenden mensen voelt Hij zich niet
alleen verantwoordelijk voor hun geestelijk maar ook voor hun lichamelijk welzijn.
Ook dat hoort bij een goede herder, zegt Hij zelf: “Ik ben de goede herder. Zoals
een herder voor zijn schapen zorgt, zo zorg Ik voor de mensen die bij mij horen”.
Letterlijk staat in Joh.10: 10: “Ik ben gekomen opdat zij leven hebben en overvloed”.
dia 5
Wat dan opvalt in het vervolg, dat is dat deze herder niet maar als in een handomdraai genoeg eten op tafel zet voor al die mensen, maar dat Hij mensen erbij inschakelt, want het gaat niet om een stunt maar om een teken dat geloof vraagt.
Ja, en ook dat de Heer altijd aansluit bij wat er al is, en mensen zelf al kunnen.
Allereerst was een situatie als deze een test voor Jezu eigen leerlingen: hadden die er vertrouwen in dat hun Meester dit aan kon; hoe sterk was hun geloof – we lezen dat Filippus, die uit die buurt kwam, de vraag kreeg waar je brood kon kopen voor al
die mensen, en hoe Filippus het niet zag zitten: als er al een bakker zou zijn
die op dit tijdstip zoveel brood kon bakken, dan kunnen wij dat nooit betalen!
Ook Andreas, de broer van Petrus, had er een hard hoofd in: er is wel een jongen met vijf broodjes en twee visjes, maar wat heb je daar nou aan voor al die mensen?

Toch is dat karige beetje eten voor Jezus niet te min om er van uit te gaan delen. Bijzonder trouwens dat die jongen het meegebrachte eten zomaar uit handen geeft.
Misschien had hij het wel meegebracht om te verkopen, en betaalde Jezus ervoor,
maar dat staat er niet bij – misschien hadden hij en zijn ouders al wel zoveel vertrouwen in Jezus dat ze er wel zeker van waren dat het goed zou komen…
Nou, het kwam ook helemaal goed: de duizenden gingen in het gras zitten
voor een massale picknick, en nadat Jezus als de grote Gastheer een zegen
gevraagd had over het eten, begon het uitdelen van brood en vis, net zolang
tot iedereen genoeg had, en er nog over bleek te zijn: twaalf maanden vol.
Geen verspilling dus, geen eten dat weggegooid werd, maar brood voor de
volgende dag voor Jezus en zijn leerlingen – bij Jezus kom je niet tekort.
dia 6
Kijk, en dat laatste is waar het vooral om draait, wat de boodschap erin is.
Hoe het allemaal precies in zijn werk ging, is moeilijk te achterhalen, zeker als je – zoals u en ik – er niet bij bent geweest – trouwens, de mensen die er toen wel bij waren, konden alleen maar merken dat Jezus een goede gulle Gastheer was.
En als zo iemand je Gastheer is, bij wie je niets te kort komt, wil je wel altijd je
handen bij Hem ophouden: Jezus is onze man, kies voor Jezus, als onze koning.

Nou, het doet zeker denken aan profetisch optreden, ik denk b.v. aan Elisa.
Van hem wordt verteld dat iemand met twintig gestebroodjes kwam voor Elisa
en zijn leerlingen van de profetenschool – waarop de knecht van Elisa skeptisch reageerde dat die paar broodjes lange na niet genoeg waren voor honderd man.
Maar Elisa herhaalde de opdracht het brood aan de profeten te geven, vanuit
het vertrouwen dat ze er meer dan genoeg aan zouden hebben, en dat was zo.
Maar Jezus bleek groter dan Elisa: 5 broodjes en 2 visjes voor duizenden, en
nog twaalf mandjes over – niemand hoefde met een lege maag naar huis.
Veelbetekend staat erbij dat het bijna pesach- Pasen was – het feest waarop
de eerstelingen van de gersteoogst werden aangeboden in de tempel – Jezus
deelt van die gerstebroodjes uit aan al die mensen – Pasen betekent leven.
De mensen zagen dat ook wel want ze zagen in Jezus dé Profeet, die volgens
oude beloften naar de wereld zou komen, als de grote Redder, de Koning…
Je zou zeggen: geweldig, het kwartje valt, het geloof breekt door in Jezus als
de door God beloofte messias-koning – nu is de kroon onder handbereik…

Ja, maar waarom reageert de Heer dan zo afwijzend en trekt Hij zich terug?
En waarom verwijt hij een dag later als de mensen weer achter Hem aan komen
dat ze dat doen: “jullie zoeken mij niet omdat jullie tekenen hebt gezien, maar
omdat jullie brood gegeten hebt en verzadigd bent” – wat bedoelt Jezus hier?
De mensen kwamen toch juist om de bijzondere dingen die Jezus deed?
Ja, maar het zit vast op dat hier gebruikte woord ‘tekenen’ – dat be-tekent dat de bijzondere dingen die Jezus doet – mensen genezen, demonen verjagen, voor brood zorgen voor zoveel mensen- niet op zichzelf staan en niet los verkrijgbaar zijn.
Het zijn ‘tekenen’, verwijzingen naar wie Jezus is en wat zijn boodschap is –
ze maken concreet wat het betekent als het koninkrijk van God gaat komen.
Kijk, en als de mensen daar geen oor en oog voor hebben, en zich blind staren op die wonderlijke dingen zelf, dan ontgaat hun waar het echt om draait en blijven ze toch met lege handen achter, en daarom: dia 7 “u moet geen moeite doen voor voedsel dat vergaat, maar voor voedsel dat niet vergaat en dat eeuwig leven geeft, de Mensen-zoon zal u dat geven” – en: Ik ben het brood dat leven geeft – en daar
hoef je niets voor te doen, daar hoef je niet voor te werken, je voor uit te sloven,
Zoals wel voor elke dag brood op de plank – wat moeten we dan doen? “Dit moet u voor God doen: geloven in Hem die Hij gezonden heeft”. Vertrouw maar op Jezus!

Nogmaals: veelbetekend dat dit verhaal begint met dat het bijna Pasen is.
Pasen als niet alleen het feest van de gersteoogst, maar vooral het feest van de
bevrijding, door het paaslam dat geslacht wordt en zijn bloed dat verzoening is.
Jezus is op weg naar Jeruzalem waar Hij als het grote paaslam wordt geslacht,
waar de herder zijn leven geeft voor de schapen door zelf als een schaap naar
de slachtbank afgevoerd te worden – Jezus’ dood is voor velen het Leven

Kijk, en daarom wil Hij niet dat de mensen Hem meenemen en koning maken.
Eigenlijk zijn het weer diezelfde verleidingen als aan het begin in de woestijn: dia 8
voor brood zorgen om er zelf beter van te worden, een wonder doen om bij de
mensen gevierd te zijn, en de macht grijpen in plaats van God te dienen en
de bevoegdheid om koning te zijn uit zijn handen te ontvangen, door te lijden.
Wij mensen hebben in zich om voor dat soort verleidingen makkelijk te bezwijken.
Denk aan de macht die geld en status en spullen op mensen hebben; en wat is
Macht hebben aanlokkelijk en verslavend, ten koste zo vaak van mensen en van
de verhoudingen tussen volken en van de wereldvrede; en hoe vaak gaat het fout als een mens tot dingen komt die hij niet aan kan, als je onverantwoorde risico’s neemt
of als je populair zijn en bekend zijn niet aan kunt en leidt voor schade en verdriet..

Maar Jezus – mens als wij, ook vatbaar voor die verleidingen – hij werd net als wij in elk opzicht op de proef gesteld, lezen we in Heb. 4: 15 – is niet tot zonde vervallen, staat er meteen; die overeind bleef, trouw aan de opdracht waarmee zijn Vader hem naar de wereld stuurde; die afzag van eigen succes en macht; die terwijl hij rijk was, arm werd; die zich liet arresteren en mishandelen en bespotten en zijn leven offerde.
Die tegen Pilatus zei dat Hij wel koning was maar anders dan de keizer en de andere heersers hier op aarde; en die zijn volgelingen leert dat sterk is wie zwak durft zijn.
Daarom trok Hij zich terug toen ze Hem op wereldse manier koning wilde maken.
Daarom liet Hij zich als nepkoning bespotten en als koning van Israël kruisigen.
Daarom leert Hij wie Hem volgen wil zichzelf verloochenen en zijn kruis opnemen.
dia 9
Wie dus voor Jezus kiest, weet wat hem te wachten staat: niet succes, wel zegen.
En dan is de les van dat broodwonder ook dat wat klein lijkt, groot kan worden.
Jezus kan met vijf broodjes en twee visjes wonderen doen – en wonderen zijn de
wereld niet uit en zijn ook niet uit de tijd – let ook op het wonder van het gewone:
een beker koud water voor een dorstige, een bezoekje aan een zieke, bidden
voor wie vervolgd worden, een arm om een schouder, een steuntje in de rug,
een gift voor hongerend Afrika, een goed gesprek met een kerkbroer –of –zus..
het lijkt allemaal zo klein en zwak maar het kan dankzij Jezus wonderen doen.
dia 10
Wil Jezus geen koning worden? Hij is het geworden, om zijn Vader en ons te dienen, en wij mogen met Hem dienen – als koningen en koninginnen, in opleiding. amen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *