Matteüs 3: 1-12: Maak het mee met…Johannes (2e adventszondag)

Liturgie 2e adventszondag – 4 december – Populus Sion
‘Maak het mee met Johannes’

Kerkenraad komt binnen: handdruk
Afkondigingen

Projectlied 2

1. Een ster laat mensen weten:
de nacht gaat snel voorbij.
God zal ons niet vergeten,
Hij houdt van jou en mij.

2. Uit diepte, kou en donker
brengt Hij je naar het licht.
Een nieuw begin , een wonder.
Dat is een vergezicht.

Aansteken adventskaars(en)

Spreker : Onze hunkerende ogen
blijven op één doel gericht,
op de opgang uit de hoge,
de verschijning van het licht:

de eerste en tweede kaars worden aangestoken

Spreker : op zijn lieflijke verschijnen
in het midden van de tijd,
in de harten van de zijnen,
in de wereld wijd en zijd,

op de wereldwijde vrede,
als Hij werklijk komen zal,
te beginnen in het heden,
te beginnen in de stal.

Kort moment van stilte

Inleidende tekst op votum (voorganger)

“Laten wij in diepe eerbied gaan staan en samen zingen wij: ……………….

gezongen votum – groet – gezongen amen
Volk van Sion, ziet! De Heer zal komen om alle naties te redden:
en de Heer zal u de heerlijkheid van zijn stem laten horen,
tot vreugde uwer harten.
O, herder van Israël, verhoor ons, Gij die Jozef leidt gelijk een kudde
Zingen: Psalm 80: 1,2,10
schuldbelijdenis genadeverkondiging
zingen: Ps. 21: 1,3
gebed
Schriftlezing: Jesaja 40: 1-11
zingen: Ps. 68: 3
Schriftlezing: Matt. 3: 1-12
zingen: NLB 158a: 1,2,3
verkondiging: Matt. 3: 11,12
zingen: Lied 126: 1,2
tien Woorden opnieuw
zingen: Lied 126: 3
dankzegging en voorbeden
collecte
zingen: Gz. 78: 1,4 GK
zegen
amen: Ps. 72: 10

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes,
Wat een rare man is dat!
Waar woont hij eigenlijk, zou hij ergens in de woestijn een hutje hebben?
Moet je eens zien hoe hij erbij loopt, die ziet er toch gewoon niet uit:
een of andere zak om z’n lijf, en onverzorgde haren en een ongekamde baard…En eten maken…hoe doet hij dat….o, hij leeft van wat hij vindt in deze woestijn: gedroogde sprinkhanen, wilde honing….je moet er maar van houden…..Wat een zonderling toch, hij ziet er uit als een zwerver, een dak- en thuisloze….

Zo ongeveer zullen veel mensen tegen die Johannes aangekeken hebben, die daar elke dag in de woestijn stond te preken en van die enge vreemde dingen stond te roepen over dat de koning eraan kwam; en dat iedereen moest stoppen met verkeerde dingen doen want dat die koning anders je zou straffen, en dat als je soldaat was je niet langer mensen geld mocht afpakken en als je bij de belastingdienst van de keizer werkte je niet meer geld van de mensen mocht vragen dan waar de keize recht op had, en dat als je genoeg kleren had je dan ook ervan moest geven aan mensen die niks hadden en zo nog meer van voorbeelden.

De mensen wisten niet wat ze hoorden, ze schrokken soms ook behoorlijk want dan dacht je dat je goed bezig was en dan zei die Johannes dingen waar je toch goed over moest nadenken: eigenlijk heeft hij wel gelijk en zou ik het anders moeten doen.
Nou en die vrome leiders van het volk waar ze best tegenop keken, die kregen echt onder uit de zak en werden zelfs vergeleken met slangen: die Johannes durfde wel! Veel mensen vonden dat prachtig, maar die leiders waren natuurlijk not amused en dachten er niet aan om zich door deze vreemde man te laten dopen. Ze kwamen wel naar de doopplek maar alleen om te luisteren en te kijken wat er allemaal gebeurde, maar ze bleven op veilige afstand, kritisch en zelfbewust.
Terwijl juist veel gewone mensen en mensen die door die leiders niet gewaardeerd werden, als b.v. tollenaars en soldaten in dienst van de Romeinen, wel kwamen om hun zonden te belijden en berouw te tonen en zich als bewijs ervan te laten dopen.
Om het te zeggen met het thema voor vandaag: veel mensen maakten het mee met Johannes, maar er waren er ook die het niet konden meemaken, en zich afkeerden.

De vraag is vanmorgen ook voor ons, voor u en jou en mij: hoe maken wij dit mee?
Vanmorgen is het die merkwaardige man daar bij de Jordaan die ook ons wil wakker schudden en ons wil uitnodigen mee te maken wat in en door Jezus werkelijkheid is geworden en voor iedereen die zich laat opschudden en meenemen, werkelijkheid kan worden:“kom tot inkeer, want het koninkrijk van de hemel is nabij” , en breng vruchten voort die passen bij dat nieuwe leven dat je hebt als je voor Jezus gelooft.

Het komt er zelfs nog veel meer op aan dat toen want de beloofde naar wie deze man verwees is gekomen, heeft ons leven geleefd en zijn leven voor ons gegeven, en is bezig terug te komen, zoals Johannes al aankondigde, met zijn Geest en met het vuur, om onze levens en heel Gods wereld schoon te vegen en nieuw te maken.
Het is goed ter harte te nemen wat Paulus schrijft in Romeinen 13: 11en 12: “U kent de huidige tijd: het moment is gekomen waarop u uit de slaap moet ontwaken, want de redding is ons mee nabij dan toen we tot geloof kwamen. De nacht loopt ten einde, de dag nadert al. Laten we ons daarom ontdoen van de praktijken van de duisternis en ons omgorden met de wapens van het licht”. Dat is als de wekker die
afloopt als je naar je werk moet of moeder die je roept als je naar school moet: het is tijd, wakker worden, opstaan, en je aankleden, want het is de hoogste tijd.

Nou, die wekker liep elke dag af in die woestijn bij de Jordaan, en die wekker heette Johannes–na eeuwen wachten was het voor Gods volk zover:de koning komt eraan!
Ik noemde Johannes een wekker, een wakker-maker, de Bijbel noemt hem de laatste en grootste profeet – en ook wel: de heraut die uitbazuint dat de koning in aantocht is en dat alles en iedereen klaar moet worden gemaakt om de koning welkom te heten en te kunnen ontmoeten, en zo dat het een feest wordt en niet voor u of jou uitloopt op veroordeling want deze koning komt ook om alles recht te zetten en schoon te branden, om wie onrecht doen te bestraffen en om af te rekenen met alle kwaad.

Terug naar die rivier waar die zonderlinge prediker en doper elke dag heel veel mensen op de been bracht die hoe dan ook werden geraakt door wat hij namens God te zeggen had, zo zelfs dat ze hun zonden onder ogen gingen zien en er eerlijk voor uitkwamen dat veel in hun denken en hun praten en hun doen en laten niet OK was en moest veranderen, en als teken daarvan zich door Johannes lieten dopen.
Dan kom je er ook achter dat die Johannes maar niet een rare fantast is, een of andere zwerver die door allerlei in zijn verleden van het padje af geraakt is, maar dat hij een profeet is die juist de goede weg van God wijst en wie van die weg zijn afgeraakt, weer op weg wil helpen: heb berouw, keer op je schreden terug, en ruim alles in je leven op wat in de weg kan zitten om de komende koning te ontmoeten.

Dan ga je in die vreemd uitgedoste man met zijn sobere kleren en zijn basale menu, dicht bij de natuur en terug naar de basis, trekken herkennen van die andere grote profeet ,uit de tijd van de koningen, ik bedoel natuurlijk Elia – ook een zonderlinge verschijning die Gods volk terug wilde brengen tot de HEER, en die in de woestijn in leven werd gehouden door de zorg van de Heer zelf, maar die ook weerstand opriep. Jezus zelf noemde Johannes trouwens ‘de Elia die komen zou’ – met daarbij de aansporing: “laat wie oren heeft, goed luisteren”. Laten wij dat ook maar doen!

Daarom is advent vieren meer dan terugdenken aan de tijd voordat het kerst werd. Maak met mee, is dit jaar het thema, en voor deze tweede adventszondag staat centraal of wij kunnen meemaken want Johannes zei met het oog op het komen van de koning en zijn nieuwe wereld die voor de deur staat en ons wil meenemen. Zeg maar – dat staat op de website – “stel je voor dat mensen een nieuw begin kunnen maken” – en nee, niet meteen denken aan die ander, aan hem of aan haar
met wie het niet goed gaat, of die zijn leven in jouw ogen aan het vergooien is door een verslaving of een stukgelopen huwelijk of wat voor wonden of zonden ook, maar blijf dicht bij uzelf: stel je voor dat ik een nieuw begin zou kunnen maken…

Een nieuw begin, bekering, berouw hebben…ik, moet dat dan? En als ja, hoe dan? Toen ik student was in Kampen, hadden studiegenoten soms een sticker op de deur, met de kreet ‘aan deze deur wordt niet gekocht, en bekeerd zijn we ook al’, bedoeld om verkopers van spullen maar ook b.v. Jehovah’s Getuigen van de deur te houden. Er zat best humor in maar zomaar kan het ook wat gearriveerds hebben dat als je gelooft, als je gereformeerd bent en lid van de kerk, je dan wel binnen bent en je wel weet hoe het zit, en dat je dan in elk geval niet meer bekeerd hoeft te worden – daarvoor moeten ze maar naar mijn buren gaan of naar die lui die er niks aan doen, of mensen opzoeken die in de goot of in de gevangenis terecht zijn gekomen….

Eigenlijk was dat precies de houding van die farizeeërs en sadduceeërs en andere leidinggevende figuren die wel eens wilden meemaken wat daar gebeurde rond die Johannes bij de rivier, wat die man te vertellen had en waarom zoveel mensen erop af gingen,maar die er niet aan dachten ook zonden te belijden en zich te laten dopen.
Johannes zag hen wel staan, op veilige afstand en met hun kritische en boze blikken. Hij liet hen er niet mee wegkomen maar ontmaskerde heel hun denken en houding. Als mensen die datzelfde dachten wat ik net noemde: maar wij zijn al bekeerd; als ik me laat dopen, net als die tollenaar en die soldaat, die vrouw met haar slechte leven, is het net of ik ook zo iemand ben, of ik ook vuil ben en ook gewassen moet worden.
En dan Johannes – niet om uit te schelden en onderuit te halen maar juist om ze te waarschuwen en wat er diep in zat, naar boven te halen, om ze wakker te schudden: “Adderengebroed, wie heeft jullie wijsgemaakt dat je veilig bent voor het komende oordeel?”
Als vaker is het een beeld uit de natuur, hier uit het dierenrijk: als akkers na de oogst in brand werden gestoken om het overgebleven kaf weg te branden, probeerden de slangen die zich er verstopt hadden zo snel ze konden in veiligheid te komen wat vaak niet lukte: zo zal het ook niet lukken om het oordeel te ontlopen.
Denk aan wat Johannes zegt over de komende messias dat Hij zal komen met de wan en met vuur om zijn dorsvloer – Gods volk en zijn wereld – te zuiveren van het kwaad: waar blijf je dan als je niet breekt met het kwaad in je eigen leven, als je niet steeds weer grote schoonmaak houdt en opruimt wat tussen God en jou in staat?

Ja, en die vrome kerkleiders komen niet weg met vermeende zekerheden als dat ze toch van Abraham afstamden en besneden waren en keurig zich aan de wet hielden.
Net als Paulus die ook een perfecte stamboom had en van zichzelf zegt dat hij een farizeeër was geweest en stipt gedaan had wat de wet vroeg–maar dat op zich helpt niet, want niet iedereen die van Abraham afstamt gedraagt zich ook als zoon of dochter van Abraham –en daar komt het op aan: of je het geloof van Abraham deelt en je daar je leven op afstemt, of je dorre boom bent of een boom die vrucht oplevert.

Johannes heeft het over vruchten die het gevolg zijn van echt bekeerd zijn tot God. En dan gaat het over God liefhebben en ook je medemensen, wat te merken is in hoe je denkt, ook denkt over anderen, in hoe je praat met en over anderen, en in je houding en je gedrag: hoe sta je in het leven, ga je om met geld en bezit, hoe ben je als je teleurstellingen en tegenslagen tegenkomt, hoe verwerk je verdriet en gemis, hoe kijk je aan tegen en praat je over en ga je om met wie anders zijn, anders geaard, anders gelovig of niet-gelovig, met een andere cultuur zoals asielzoekers. Kortom: wil je dienend en dienstbaar zijn, durf je loslaten waar je aan gehecht en aan gewend bent als dat goed is voor anderen; ben je bereid de minste te zijn, open te staan voor feedback van anderen, en durf je het te wagen alleen met Jezus je Heer?

Als ik dat zo zeg en bekering, verandering van denken en leven, zo concreter maak, heb ik zomaar een sprong gemaakt van toen bij de Jordaan naar ons hier in de kerk. Met de vraag aan u en jou en mij: stel je voor dat wij daar tussen stonden, daar in de woestijn, daar bij de Jordaan, bij die misschien ook in onze ogen merkwaardige man die veel heeft van een zwerver, een zonderling,maar die zo indringend je aanspreekt- hoe zouden wij dan daaronder zijn, hoe zouden wij op wat hij allemaal zei, reageren?

Misschien goed om daar – na deze dienst b.v. bij de koffie, thuis of bij het gastgezin – eens over na te denken en te praten:wat zou ik hebben gedaan als ik erbij geweest was: mijn zonden belijden, en dat niet vaag en algemeen maar concreet juist eigen zwakke kanten, mijn harde woorden misschien of juist mijn angst om te zeggen wat ik vind of voel, mijn ongeduld of mijn laksheid, mijn wegkijken van wie mij niet ligt, mijn alles en iedereen vanuit mezelf bekijken of juist mijn nooit nee durven zeggen…en zou ik dan me voornemen om met hulp van de Heilige Geest het anders willen doen, en daar ook hulp voor zoeken bij de Heer en bij mensen om me heen – of zou
ik in gedachten of echt erbij weglopen want ik ben toch al gereformeerd en ik sta voor de rechte leer en ben er wel elke zondag, en in vraag elke dag vergeving want ik ben natuurlijk ook niet volmaakt en ik heb natuurlijk Jezus nodig die ook voor mijn zonden gestorven is, maar bekering, dat is meer voor wie God nog niet kent of slecht leeft….
Het is niet aan mij om dat in te vullen voor anderen, ik heb genoeg aan mijzelf….ik geef het alleen mee als vraag voor u en jou en mezelf: maak ik het mee, met Johannes, en hoe dan, en welke vruchten groeien er door de Geest aan mijn boom?

Ik las ergens dat angst een slechte raadgever is, en dat geldt zeker voor geloven. Wie probeert het goed te doen in Gods ogen uit angst voor straf of voor de hel, mist waar God op uit is met ons: dat wij – en alle mensen – gered worden, gelukkig zijn.God wil geen bange krampachtige knechten maar blije,gelukkige,hoopvolle kinderen. En ook Johannes stond daar niet bij de Jordaan om mensen angst aan te jagen maar om ze uit te nodigen de koning die hen kwam redden, tegemoet te leven, en straks er klaar voor te zijn om samen met die grote koning het goede leven te gaan vieren. Als Johannes het heeft over die na hem komt en sterker en groter is dan Hij, weten we dat het over Jezus gaat, en ook dat Jezus is gekomen niet om deze wereld te veroordelen, maar om wie verloren dreigen te gaan,op te zoeken en te redden. Juist daarom is dat preken en waarschuwen van Johannes de vervulling van wat al in Jesaja 40 aangekondigd werd, en dat juist als een belofte vol hoop en vol uitzicht: Troost, troost mijn volk, spreek Jeruzalem moed in, maak haar bekend dat haar slavendienst voorbij is en dat haar schuld is voldaan –hier spreekt geen doemdenker maar een vreugdebode: die iedereen het gunt om het samen met hem mee te maken dat er echt een nieuw begin gaat komen:in uw en jouw hart,en leven,en Gods wereld. En dat dankzij God zelf die naar die wereld, en naar u en jou en naar mij toe komt.

“Baan voor de HEER een weg door de woestijn, effen in de wildernis een pad voor onze God….de luister van de HEER zal zich openbaren voor het oog van al wat leeft” Dat was de hoopvolle belofte via Jesaja naar een volk in nood en angst en zorgen. Eeuwen later is het zover en mag Johannes zeggen: dat koninkrijk is nu heel dichtbij. Ja, en dat – wat een verrassing – in de persoon van iemand sterker en groter dan ik – “ik ben zelfs niet goed genoeg om zijn sandalen voor hem – de Koning – te dragen”. Het accentueert dat Jezus meer is dan Johannes – Johannes de knecht, Jezus de eigen zoon van God, maar ook -en laat u verrassen : hij komt als man op sandalen, mens onder de mensen, begonnen als baby in doeken in een voerbak in een stal, heel kwetsbaar – het centrale in Christmas Lite op kerstavond in BroekerVeilig, dat in Jezus God een van ons wilde worden, zo kwetsbaar als een pasgeboren kind.
Hij wilde zelfs minder worden dan Johannes en dan u en jou: wilde als slaaf dienen, heeft de voeten van zijn leerlingen gewassen, en heeft zich zelfs laten kruisigen. En zo – wat een verrassing – werd de glorie van de HEER zichtbaar – spiegel van zijn liefde – en dat mogen wij meemaken, nu al, en als alles nieuw wordt, voorgoed.

En dan is die waarschuwing voor wie op eigen zekerheden en traditie vertrouwt en zich rijk rekent met wat alleen maar gekregen is: God kan ook uit stenen kinderen van Abraham tevoorschijn roepen, en kan passeren wie denken al binnen te zijn- wat ook wij ter harte mogen nemen als we denken het al te weten, al bekeerd te zijn – dan is die waarschuwing tegelijk een bewijs van de macht van Gods liefde en genade, want waar danken wij het anders aan dat wij Gods kinderen mogen zijn..? Anders dan aan dat wonder van nieuwe geboorte en bekering: dat God harde harten breken en buigen kan, naar Hem en naar mensen toe, en dat God ons blijft wakker schudden en tegelijk blijft bemoedigen: stel je voor dat ook u, en jij, een nieuw begin kan maken, vandaag al, en elke dag weer, en dat kan echt – maak het ook mee!!!

amen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *