Gemeente van Christus, zusters, broeders, meisjes en jongens,
dia 1
God houdt van kleuren – en vanmorgen is de kleur zwart.
Maar….God houdt van kleuren maar houdt God ook wel van zwart?
Zwart, daar staat het een en ander op dat briefje dat is uitgedeeld.
En ook al kan een zwart pak chique zijn en een zwarte jurk mooi zijn,
verder is het toch niet iets om vrolijk van te worden: “zwart is de kleur
van de duisternis, van wat het daglicht niet kan verdragen, van zonde
en het kwaad; zwart wordt ook geassocieerd met duistere stemmingen,
met somberheid, spanningen en angsten, en ook met dood en rouw.
Een psalmdichter in nood schreeuwt het uit: “waarom ga ik gebukt
van smart, gekleed in somber zwart?” – Heer God, kom en help mij!
In een andere psalm klinkt diezelfde wanhoopskreet: “Ik loop gebogen,
diep gebukt, ik ga in het zwart gehuld, dag in dag uit”. Diep triest!
Het kan ook dat je alles somber inziet – dat je een zwartkijker bent….
God houdt van kleuren, maar zwart dan, dat past toch niet bij God?
Als zwart staat voor duisternis en dood, en de Bijbel over God zegt
dat Hij licht is en dat in Hem geen spoortje duisternis is (1 Joh.1:5).
En Jezus zegt dat wie Hem volgt, nooit meer in het donker loopt….
dia 2
Daarmee zijn we dichter bij waar het over mag gaan vanmorgen.
Zwart, dat heeft inderdaad vaak een negatieve, sombere uitstraling.
Zoals in dat liedje dat jullie gaan leren en dat vorige week is voorgezongen:
“Wat betekent zwart? De zonden in je hart”. En in mijn hart, en dat van u,
en van al die andere mensen in de wereld, van toen en van nu, nog steeds.
Ja, en: God houdt van kleuren, maar zwart is eigenlijk niet echt een kleur.
Je komt zwart ook niet tegen in de regenboog, dat teken van Gods trouw.
Zwart is goed beschouwd niet een kleur, maar is het ontbreken van licht.
En dat is precies wat zonde is: dat het licht van God gedoofd wordt, dat een mens met zijn rug naar God toe leeft, wegkruipt in het donker zoals Adam en Eva dat deden, en zoals Paulus in Ef. 4 het leven typeert buiten God en tegen God:
dia 3 “in hun geest heerst duisternis en ze zijn vervreemd van het leven met God,omdat ze Hem niet kennen en hun hart voor Hem gesloten hebben”,
met alle gevolgen voor het leven in deze wereld en voor de samenleving:
gebrek aan besef van goed en kwaad, zelfzucht (4. 18-19)
Jezus heeft gezegd: “Iemand die slecht leeft, heeft een hekel aan het licht.
Hij vlucht weg van het licht, want hij wil zijn slechte daden verborgen houden”.
Wat van elk mens van huis uit geldt, meteen al toen het mis ging in het oude
paradijs: “Toen de mens en zijn vrouw God, de HEER, in de koelte van de
avondwind door de tuin hoorden wandelen, verborgen zij zich voor Hem
tussen de bomen” – die bomen waren net zo groen als eerder die dag en
het paradijs was vol schitterende kleuren maar van binnen was het ineens
donker en ze hadden als het ware een donkere zonnebril op want zoals een
oude uitdrukking zegt zijn de ogen de spiegel van de ziel – Jezus zegt erover:
“als het licht in jezelf verduisterd is, hoe groot is dan de duisternis” – anders
gezegd: “Als je niet doet wat God wil, dan zul je geen licht uitstralen. Als je
helemaal niet doet wat God wil, dan is het licht in jou uitgegaan” (Matt.6. 23).
Precies weer dat lied: “Wat betekent zwart? De zonden in je hart.” Zwart als
geen kleur maar het ontbreken van licht, en een leven zonder Gods zonlicht.
Een angstaanjagend voorbeeld is het verhaal van Kaïn en Abel – het loopt uit op moord maar het begint met diep zwart in Kaïns hart – dia 4 God ziet het en God waarschuwt hem nog want: wat zwart is hoeft niet zwart te blijven -met een variant op een reclametekst – wat zwart is moet zwart blijven – het thema deze morgen.
dia 5
Kijk, en wat is nou het bijzondere? Wat is nou het mooie in de boodschap
van Jezus die zijn schepping en ook zijn mensen, dus ook ons, redden wil?
Het bijzondere is dat het liedje toch klopt: ‘God houdt van kleuren, God houdt
van jou’, en dat ook met en ondanks dat zwart van al die zonden in je hart.
Zoveel zelfs – hoorden we afgelopen zondag – dat God zijn enige Zoon heeft
gegeven, overgegeven zelfs aan smaad en hoon, en in de dood – en dat niet
voor vrienden van God die al leefden in zijn licht maar voor mensen die zich
gedroegen als goddelozen, als vijanden van God – in Romeinen 5 schrijft de
apostel Paulus: “God bewees zijn liefde doordat Christus voor ons gestorven
is toen wij nog zondaars waren” (5:8) , en aan het adres van christenen in het wereldse Efeze: “Vroeger hoorden jullie bij het donker, maar nu horen jullie bij het licht van de Heer. Leef als kinderen van dat licht. Want alleen in dat licht kunnen goedheid, eerlijkheid en trouw groeien” (Ef.5. 8-9). Zoals zon en licht nodig zijn voor de bomen en de planten en de bloemen – en in het donker weinig groeit en bloeit.
Juist naar dat donker is Jezus gekomen, naar mensen met zonden in hun hart
en een wereld met zoveel donkere plekken, onherbergzaam, onveilig, naar al
die plekken waar dingen gebeuren die het daglicht niet verdragen kunnen
maar waar Gods zoeklicht rondgaat om mensen te redden, zoals al meteen
in dat verloren paradijs waar God de mens opzoekt: waar ben je, mijn kind?
Vanmiddag pakken we die draad verder op als het gaat over oog hebben
voor wie zoek en op zoek zijn – vanuit het verhaal van Jezus en Zacheüs.
Met ook een kernzin van heel het evangelie van Gods redding door Jezus.
“de Mensenzoon is gekomen om te zoeken en te redden wat verloren was”.
Waar twee kanten aan zitten: Jezus haalt wat zwart is, duister, slecht, naar
boven en bevrijdt ons ervan, en dumpt als het ware al die ellende waar het
thuishoort: daar waar het altijd alleen maar heel donker is en dus heel zwart.
De profeet Micha spreekt zijn vertrouwen uit in Gods doeltreffende vergeving:
“Onze zonden werpt U in de diepten van de zee” (Micha 7: 20) – en ik las: “De
bodem van de oceaan is leeg en heel, heel donker” – daar dus, voorgoed weg.
dia 6
Kijk, en dan verdrijft het licht van God, van zijn liefde en genade, al dat zwart.
Is zwart het ontbreken van licht, wit is het tegendeel: alle kleuren bij elkaar, en
dus een prachtig beeld voor wat God doet als Hij de schuld vergeeft en wegdoet.
Wit komt nog apart terug – Jezus bloed dat alles wit was, alles waar jij mee zit –
maar nu alvast een geweldig bemoedigende tekst: “Al zijn je zonden rood als scharlaken, ze worden wit als sneeuw, al zijn ze rood als purper, ze worden wit als wol” – dat staat al in het OT, in Jesaja 1:19 – en is waar gemaakt door Jezus. dia 7
In dat tekstvers uit 2 Kor. 4 grijpt Paulus terug op het begin van de schepping:
dia 8 “De God die heeft gezegd: ‘Uit de duisternis zal licht schijnen’, heeft in ons
hart het licht doen schijnen om ons te verlichten met de kennis van zijn luister,
die afstraalt van het gezicht van Jezus Christus”. Weer is dat: nieuwe schepping.
Denk maar terug aan de eerste verzen van de Bijbel: “De aarde was leeg en verlaten. Overal was water, en alles was donker….Toen zei God: ‘Er moet licht komen’. En er kwam licht. God zag hoe mooi het licht was” (Genesis 1. 2-3 BGT).Licht als voorwaarde voor wat volgt: groei en bloei, leven, een bewoonbare aarde. Nou, zo wil God in mensenlevens zijn licht laten binnenvallen, om het donker te overwinnen: Hij vergeeft onze schuld en draait ons om, zodat we weer open naar God en naar mensen om ons heen leven, zonder angst en schaamte en schuld.
Maar gemeente, het eigenaardige van licht dat aangaat in het donker, is dat
je dan alles wat in die donkere ruimte verstopt zat, ineens scherp gaat zien.
Denk maar aan een lamp die je aandoet als je een donkere kamer binnenstapt
of aan een zaklantaarn waarmee je op stap gaat in een bos als het donker is.
Datzelfde zie je gebeuren als Jezus op aarde komt als het licht voor de wereld.
Dat is geweldig want Hij wijst de weg en je kunt niet verdwalen in het leven…
maar het is ook schrikken want ineens komen ook slechte dingen aan het licht.
Je ziet dat elke keer weer als Jezus zonden bij Gods volk aan de kaak stelt en
daardoor in botsing komt met de leiders en het volk die er niet blij mee zijn.
In Johannes 3 lezen we het al: “Het licht kwam in de wereld en de mensen
hielden meer van de duisternis dan van het licht, want hun daden waren slecht”. Paulus schrijft: “Het licht van Christus maakt zichtbaar wat goed en wat slecht is”. En ook dat de Heer aan het licht zal brengen wat in het duister verborgen is en wat de mens heimelijk beweegt (1 Kor. 4: 5). Dat kan een mens bang maken en afschrikken maar het is juist bedoeld om schoon schip te maken zodat je weer verder kunt, als ander mens, als nieuwe schepping, als weer beeld van God. Dat is wat we hebben gelezen: je geest en denken moeten vernieuwd worden,zodat je een nieuw mens wordt, en dan wordt ontmaskerd wat duister is en slecht. Dat gaat dus gebeuren met je als dat licht van God door Jezus bij je binnenkomt.
dia 9
Dan komen des te scherper je de donkere kanten aan het licht: zonde, onwil, wrok en haat, oud zeer dat niet is opgeruimd, wantrouwen, zelfzucht, jaloersheid, en als je eerlijk bent, kun je zelf vast wel je eigen schaduwkanten benoemen – of – een stap verder – durf je een ander te vragen wat jouw schaduwkanten zijn. Dat is natuurlijk heel kwetsbaar en vaak pijnlijk – maar vooral heilzaam en als je er goed mee omgaat en op reageert, het begin van een proces van heling.
In Spreuken 20: 5 staat: “Wat omgaat in een mensenhart is als diep verborgen
water” – daar heb je weer dat donkere, dat zwart – “iemand met inzicht brengt
het naar boven” – dat kun jijzelf zijn, dat kan – misschien eerder – een ander zijn.
En dan is er werk aan de winkel in plaats van je neerleggen bij die donkere kant. Zoals God tegen Kaïn zei: “Waarom kijk je zo donker? Handel je goed, dan kun je toch iedereen recht in de ogen kijken? Handel je slecht, dan ligt de zonde op de loer, begerig om jou in haar greep te krijgen, maar jij moet sterker zijn dan zij.”
dia 10
Dat kan ook, dankzij het werk van Jezus, en met hulp van Gods Geest- zijn licht.
In Spreuken 20: 27 komt God in beeld, die je kent zoals niemand anders: “Het licht van de HEER beschijnt de geest van de mens, het dringt door tot in zijn diepste gedachten” – mooie gedachten maar ook sombere of slechte gedachten, en daar moet je wat mee, en kun je in dat licht van God wat mee.
Want elk mens is door God geschapen met een hart vol liefde, licht, warmte.
Maar vanwege onze zondige aard en onze door van alles en nog wat beschadigde binnenkant zijn er ook donkere plekken en verborgen schuilhoeken waar angst
zich heef genesteld en kwaad woekert – weggestopt vaak, achter een mooie of vrome buitenkant – tot het – soms onverwacht en ongewild – naar buiten barst.
Ergens las is dat het kwaad van een ander ons confronteert met de donkere kant van onszelf – kwaad dat met ander kwaad beantwoord wordt – of wat we proberen van ons af te redeneren door het toe te schrijven aan wie slechter zijn dan wijzelf. Maar – citaat – “in het diepst van ons hart zijn we geen haar beter…het kwaad zit in ons, verborgen in een duister hoekje van ons onderbewustzijn (dat is wat het christendom de erfzonde noemt). ” Dit schrijft iemand die zelf geen christen is.
Schokkend wat hij ook schrijft: “Elke keer als de samenleving in rep en roer staat, breekt de tijger van het kwaad uit. Deftige burgers blijken in een oorlog gemene geweldplegers te kunnen worden. Ze wisten het ook niet van zichzelf”. Ik denk dat je dat ook ziet gebeuren in soms gewelddadig protest tegen asielzoekers, of in een groep fanatieke supporters, ook wel voetbalhooligans genoemd, waar ook keurige en zelfs hoogopgeleide burgers bij zijn die zomaar ver over hun eigen grenzen gaan.
Dat moet ons bescheiden maken en leren niet van onszelf af te wijzen naar anderen. Eerder past het gebed van David: “maar wie kan al zijn fouten kennen, spreek mij vrij van mijn verborgen zonden” (Psalm 19) en ook dat andere gebed, schuldbewust na zijn misstappen met Batseba en tegen Uria: “schep, o God, een zuiver hart in mij”.
Paulus die zich meer dan wie ook bewust was van de donkere kant in hemzelf – “wat ik verlang te doen, het goede, laat ik na; wat ik wil vermijden, het kwade, dat doe ik”. en Paulus die zijn leven lang last hield van de zonden van zijn verleden – ik heb de gemeente van Jezus vervolgd, ik heb bloed aan mijn handen – Paulus weet zich in het licht getrokken door wat hij van en met zijn Heer Jezus ervaren heeft en wat hij in woorden en met zijn leven wil doorgeven – luister nog één keer naar onze tekst
dia 11
“De God die heeft gezegd: ‘Uit de duisternis zal licht schijnen’, heeft in ons hart het licht doen schijnen om ons te verlichten met de kennis van zijn luister, die afstraalt van het gezicht van Jezus Christus”. (2 Kor.4:6). “En” – zegt de apostel erbij – “God wil dat ik dat aan iedereen bekendmaak”. Dat wil God ook graag doen via ons: dat we zijn licht doorstralen naar anderen toe. Dan zal zijn licht sterker blijken dan het donker, het zwart, in ons en in de wereld.
Zoals een Chinees gezegde onder woorden brengt – om daarmee af te sluiten:
Als er licht is in de ziel, zal er schoonheid zijn in de mens.
Als er schoonheid is in de mens, zal er harmonie zijn in het huis.
Als er harmonie is in het huis, zal er rust zijn in het land.
Als er rust is in het land, zal er vrede zijn op aarde.
amen
dia 12
liturgie morgendienst zondag 21 februari 2016
votum en groet
zingen: Lied 90: 1,3,11
wet van God
zingen: Gz. 131: 4,5
gebed
Schriftlezing: Genesis 3: 1-9 en 4: 1-9
zingen: Ps. 139: 11
Schriftlezing: Ef. 4: 17-24 en 5: 7-14
zingen: Gezang 149: 1,2
kindermoment
verkondiging: 2 Korintiërs 4: 6
zingen: Ps. 51: 4,5
gebed
collecte
zingen: NLB 636 – melodie Psalm 118
1Liefde is licht, opnieuw geboren,
wakker uit nacht en eenzaamheid;
liefde wil strelen – niet verstoren
hunkering naar geborgenheid.
Liefde heeft handen, ogen, oren
zo open als de dageraad:
liefde heeft nooit de hoop verloren –
liefde leeft langer dan de haat.
2.Liefde is licht, laat zich niet vangen,
komt door gesloten deuren heen,
biedt aan de woede beide wangen,
breekt harten harder dan een steen.
Liefde kan legers overwinnen,
springt hoger dan de hoogste muur,
blust, door de vijand te beminnen,
haarden van hoog oplaaiend vuur.
3. Liefde is licht, uit Hem geboren
die zelf de bron van liefde is;
Hij heeft zijn kind aan ons verloren,
Pasen schrijft zijn geschiedenis.
Laat dan uw ziel in zonlicht dopen;
weg boze dromen – wees gerust!
Boven mij gaat de hemel open:
Gods liefde die ons wakker kust.
zegen