Lucas 2: 8-14: Liefdevol aangeraakt – de herders luisteren echt…en wij? (1e kerstdag 2015)

Gemeente van onze Heer Jezus Christus,
dia 1
Schapen dicht tegen elkaar aangekropen in een besneeuwd landschap.
Herders die zich warmhouden rond een knapperend houtvuur en zich tegen de snijdende wind beschermen met mutsen en dikke dassen.
We kennen de plaatjes uit oude kinderbijbels en van schilderijen. dia 2
We kennen de kerstliederen die deze ‘herdertjes’ bezingen.
Alleen klopt er van die beelden en veel van die liedjes niet zo heel veel.
De schapen waren er, en natuurlijk de herders ook – s’ nachts op wacht bij hun schapen – maar het meeste van de fantasie eromheen moet u maar gauw vergeten.
Probeer als je aan die herders denkt, terug te denken een mooie zomerdag: je kunt als je dat wilt, de hele nacht buiten blijven zitten, misschien rond een kampvuur of een vuurkorf, niet om je warm te houden maar puur voor de gezelligheid
en om in het donker licht en sfeer te krijgen…….

Kijk, en het vuur in die donkere nacht daar op het platteland van Judea, kwam ineens, zonder toedoen van mensen. van boven naar die herders toe.
Niets minder dan ‘het stralende licht van de HEER’ was om hen heen.
Ja, zo staat het er. Niet om de engel heen was dat licht maar om die herders heen. Ze worden door Gods liefde aangeraakt. God is blij met hen. Hij houdt van mensen. Ook van u en van jou en van mij, in een grote kring om dat vuur heen. In de kring van wie het grote kerstcadeau aanpakken en het elke keer maar weer uitpakken: het evangelie van de glorie van God, zichtbaar en bereikbaar geworden in dat Kind in die ruwhouten voerbak en de Man aan het verschrikkelijke kruis, die zegt: wie Mij volgt, loopt nooit meer in het donker. Die wordt ook aangeraakt en gevuld met Gods liefde.

dia 3 Liefdevol aangeraakt – de herders luisteren echt, en wij?
1. hoog bezoek
2. diepe vernedering
3. grote blijdschap

dia 4 1. hoog bezoek.

Onverwachte visite. Midden in de nacht. Zomaar in het open veld. Bij mensen die om zo te zeggen nachtdienst hadden. Bijna iedereen in Bethlehem en wijde omgeving lag op één oor. Maar deze herders waren wakker, of in elk geval: hielden om de beurt de nachtwacht. Goede herders passen op hun schapen en wagen zelfs, als het nodig is, hun leven voor die schapen…..Wie denkt dan niet als vanzelf even terug aan die beroemd geworden herder die in datzelfde Bethlehem eeuwen geleden was geboren, en in deze zelfde streek wie weet hoe vaak rondgezworven had met de schapen van zijn vader en die er vast heel vaak ‘s nacht op had moeten passen…..ik bedoel natuurlijk David, herdersjoch dat koning werd.

En nu: vannacht was in de stad van die David een verre nazaat van Hem geboren die als de grote goede Herder zijn leven zou inzetten voor wie zijn schapen en zijn lammetjes mogen zijn……Hij over wie de engel tegen zijn aanstaande moeder gezegd had dat God Hem de troon van zijn voorvader David zou geven. Die van zichzelf zegt: Ik ben de goede Herder. In het stadje Bethlehem was in elk geval één raam nog verlicht. Het raampje van die stal waar net een baby was geboren; waar de jonge moeder haar zoon inwikkelde in warme doeken en toen kon uitrusten van de bevalling; en de vader de geïmproviseerde wieg klaarmaakte: een voerbak met wat schoon, warm stro.

De rest van Bethlehem sliep: ook de Romeinse soldaten en ambtenaren. En de herders daar buiten bij hun schapen, wisten nog van niets. Totdat ineens de lucht fel verlicht werd en een engel naast hen stond. Je kunt je afvragen: waarom nou uitgerekend die herders? Waarom gaat de engel niet in Bethlehem zelf de huizen langs, of in Jeruzalem? De een zegt: die herders hoorden bij de kleine groep vrome gelovige mensen die net als b.v. Simeon en Anna de Verlosser verwachtten. Nee, zegt een ander, herders werden juist beschouwd als een minder slag volk en zo zie je maar weer dat God kiest wie niet in tel zijn. En nog weer anderen wijzen terug in het OT: juist herders omdat Jezus de zoon is van de herder/koning David.

Misschien moeten we er niet meer achter zoeken dan dat deze herders wakker waren, terwijl alle andere mensen sliepen – zoals mensen die nachtdienst hebben als eersten nachtelijke nieuwsberichten opvangen en weten wat anderen is ontgaan,
Hoe dat ook zij: de engel komt een geboortebericht afgeven dat voor heel het volk bestemd is…de herders hebben dat ook goed begrepen en vertellen aan wie het maar wil horen wat ze meegemaakt hebben.

Kijk, maar al voordat de engel het grote nieuws uitbazuint aan die stomverbaasde en doodsbenauwde herders, is al te zien hoe ingrijpend en indrukwekkend het is wat deze nacht gebeurt. Speciaal die korte mededeling die onze tekst vormt,werpt daar bijbels licht op: ze werden “omgeven door het stralende licht van de Heer”.
We zijn dan geneigd aan die engel te denken: zo’n lichtgevende bode regelrecht uit de hemel gekomen. En zo’n ontmoeting maakt ook diepe indruk – denk maar aan Zacharias in de tempel en Maria in haar huisje als ze de engel Gabriël op bezoek krijgen. Toch: wat deze herders meemaakten, gaat daar nog bovenuit. Niet alleen krijgen ze een engel op bezoek, er staat bij: “het stralende licht van de HEER” is om hen heen.

Wie een beetje thuis is in de bijbel, die kijkt verrast op: ‘het stralende licht van de HEER, of: de heerlijkheid van de HEER’ – de HEER als zijne Majesteit – dan denk je terug aan vroeger: de HEER die in wolk en vuur verscheen op de Sinai, de wolk overdag en de vuurzuil ‘s nachts boven dat trekkende volk door de woestijn, en boven de tent van de ontmoeting, en de heerlijkheid van de HEER die woonde in de tempel. In dat licht is dè grote verrassing deze nacht, voor die herders maar ook voor heel het volk en alle mensen: God zelf komt op bezoek bij heel gewone mensen. Dat is nou kerst: zo dichtbij u en jou wil God komen! Zijn liefde wil ons aanraken!

Gods hemelse glans straalde op die herders af. Iemand schrijft: God woont in deze stralende lichtglans en neemt nu herders in zijn licht op. Het gaat werkelijk gebeuren: hemel en aarde verenigd tesaam – God heeft in de mens behagen – God wil bij mensen wonen – Ja, Gods doel toen Hij mensen maakte naar zijn beeld, wordt toch bereikt: dat die mensen met Hem in eeuwige heerlijkheid leven, tot zijn lof en eer. En dat zal verdiend worden door dat Kind dat in die nacht geboren werd: door Hem wordt het feest om het vreugdevuur dat door zijn komst op aarde is aangestoken en nooit meer gedoofd zal worden. Kijk mee met die herders – ga met heen mee naar die stal – en geloof: God zo dichtbij…..mij…!

dia 5 2. diepe vernedering.

Zulk onverwacht hoog bezoek maakt een mens blij. Ja toch ? God zo dichtbij…
Toch staat er niet ‘de herders waren heel erg blij’ maar: ‘de herders werden verschrikkelijk bang’. Juist omdat ze als in een flits begrepen: dit is een stukje hemel op aarde, we staan oog in oog met God zelf. Nou, en elke Israëliet wist dat een klein zondig mensje dat niet overleeft. Ook die zo op het oog vredige velden van Efratha waar schapen rustig liepen te grazen en waar geen schot werd gelost, waren niet het paradijs. Dat paradijs waar God en mensen vertrouwelijk met elkaar omgingen, zonder dat die mensen zich ergens voor hoefden te schamen en zonder dat ze bang hoefden te zijn dat God boos zou zijn en ze zou straffen, dat paradijs is verleden tijd.
Daar hoeft niemand ons iets over te vertellen, lees de krant, kijk TV, en ken jezelf.

Zonde schept afstand. Toen God verscheen op Sinai, mocht niemand een voet bij Hem over de drempel zetten. Het was: verboden voor onbevoegden. Toen de heerlijkheid van de Here eerst de tabernakel en later de tempel vulde, konden zelfs de priesters dat niet uithouden. En bij de ark mocht alleen de hogepriester komen, en dat maar één keer in het jaar. ‘God bewoont een ontoegankelijk licht’, schrijft Paulus. En als je niet je bekeren wil van je zonden, zul je merken wie God is: dan is God is een verterend vuur. Geen wonder dat mensen doodsbenauwd worden als ineens dat licht om hen heen is en dat vuur zo vlakbij!

En toch: maar die herders worden niet verblind door dat licht en niet verteerd door heilig vuur. Dat is nou juist het grote wonder van de kerstnacht: dat zondige mensen Gods glorie zien en ….. op hun voeten mogen blijven staan. Dat om zo te zeggen wat een verterend vuur was een vreugdevuur mag worden. De engel begint meteen tegen hen te praten om hen gerust te stellen: je hoeft niet bang te zijn….nee, er is alle reden om heel erg blij te zijn vannacht. Om dat te begrijpen, moeten die herders – en wij ook – en iedereen die ook wil gaan delen in die blijdschap – naar die stal daar in de stad: want daar is een redder geboren, daar is Hij geboren die de weg zal banen waarlangs verloren zondaars weer bij God kunnen komen, die de blokkades opruimt zodat God weer eens voorgoed bij zijn mensen zal kunnen wonen.

Er zit in dat bekende verhaal van die herders met dat stralende licht om hen heen, een geweldig contrast. Want waar zou je engel en waar zou je dat vreugdevuur eigenlijk verwachten? Natuurlijk bij en rond dat Kind dat net is geboren. Van Wie was gezegd: het zal een heilig Kind zijn – Hij zal groot zijn en Zoon van de Allerhoogste worden genoemd en Hij zal voor altijd regeren, aan zijn regering komt geen einde.

Als het licht gedoofd is en de engelen terug zijn naar de hemel, gaan de herders op pad. Maar eerst worden ze gewaarschuwd zich niet op dat kind te verkijken en niet teleurgesteld weg te lopen bij die stal als daar niets wijst op koninklijke entourage laat staan op hemelse heerlijkheid: is dat nou echt die koning, is dat nou aller vaderen wens?
Van te voren krijgen ze instructies mee: juist dat gewone en armoedige is het bewijs dat jullie aan het goede adres zijn: een kind in doeken, in een voerbak. De Redder van de wereld begint in een kribbe en zijn leven loopt uit op een kruis en in een graf. Voor Jezus de Zoon is Gods heerlijkheid een verterend vuur – om Gods vlammende boosheid tegen onze zonde te blussen, en ons een plek te geven in het licht en de warmte van Gods vreugdevuur: wees maar niet bang, wees maar blij!

dia 6 3. grote blijdschap.

Niet alleen voor die paar herders was die blijdschap bestemd. Zij waren wel de eerste geadresseerden van het hemels geboortebericht. Maar dat nieuws moest verder: om heel het volk blij te maken. Lees alleen nou weer heel precies. Er staat maar niet: iedereen wordt blij omdat Jezus geboren is.

Nee, het strekt verder, het gaat over grote vreugde voor het hele volk. Denk maar weer aan wat die herders al mochten ervaren : God zo dichtbij hebben zonder angst, zonder dat het je het leven kost vanwege je zonden. Je mag naar God toegaan – b.v. als je bidt – omdat Jezus het goed gemaakt heeft tussen God en jou. Je mag als je sterft, God ontmoeten, en voor altijd bij Hem zijn. God wil je Vader zijn.. En dat is allemaal te danken aan dat kind in die voerbak: Gods liefde gaat je leven vullen.

En die blijdschap blijft niet steken bij dat ene volk, in die beperkte tijd van de geschiedenis. Nee, dat kind van Bethlehem wordt de Redder van de wereld. Hij wil ook uw Redder zijn, jouw Verlosser. Daarom gaat dat vreugdevuur van die ene nacht als een lopend vuurtje de wereld rond en de eeuwen door. Het blijkt door Gods genade aanstekelijk te zijn tot op vandaag, zoals beloofd: de luister van de HEER
zal zich openbaren voor het oog van al wat leeft , zoals Jesaja al aankondigde.

Zo trekt God zelf de kring feestvierders rond dat vreugdevuur al wijder. En zegt Hij: kom er ook bij. Het is de keus waar iedereen voor gezet wordt die te maken krijgt met wat Paulus noemt het evangelie van de heerlijkheid van God in Christus. Het is het evangelie van Jezus die afstand deed van Gods heerlijkheid om ons die heerlijkheid terug te geven. Het licht om de herders heen doofde nog diezelfde nacht. En al vier je kerst in Bethlehem, het Kind vind je er niet. Je mag dichter bij huis blijven. De God die met zijn glorie eens de herders omstraalde, wil zijn licht laten schijnen in uw en jouw hart. Dan gebeurt het ongelooflijke: wij zelf gaan al meer het licht en de warmte van de Here afstralen. We worden echt aanstekelijke christenen!
Die aangeraakt door de liefde van God zelf, het liefdevuur doorgeven en aansteken.

Zoals in wat ik een prachtig en aangrijpend lied vindt: dia 7

Liefde is licht, opnieuw geboren, wakker uit nacht en eenzaamheid;
Liefde wil strelen niet verstoren, hunkering naar geborgenheid.
Liefde heeft handen, ogen, oren, zo open als de dageraad,
liefde heeft nooit de hoop verloren, liefde leeft langer dan de haat.
Liefde is licht, laat zich niet vangen, komt door gesloten deuren heen,
biedt aan de woede beide wangen, breekt harten harder dan een steen.
Liefde kan legers overwinnen, springt hoger dan de hoogste muur,
blust, dooe de vijand te beminnen, haarden van hoog oplaaiend vuur.
Liefde is licht, uit Hem geboren die zelf de bron van liefde is.

Boven mij gaat de hemel open. Gods liefde die ons wakker kust.

amen
dia 8

liturgie 1e kerstdag 25 december 2015

voor de dienst:
*enkele liederen door muziekgroep

votum en groet
zingen: Psalm 98 (Sela) – met muziekgroep
gebed

Schriftlezing: Lucas 2: 1-7
zingen: Gz. 81: 1a, 2v, 3m, 4a

Schriftlezing: Lucas 2: 8-14
zingen: Gz. 81: 5a, 6m, 7v, 8a

Schriftlezing: Lucas 2: 15-16
zingen: Gz.86: 1allen/ 2 en 3 koor/ 4 allen, R: allen

overdenking ‘Liefdevol aangeraakt – de herders luisteren echt’
zingen: Gz. 85: 1,2,4 (A: v; B: m; refrein en 4: allen)

gebed
collecte – muziek

NLB 482: 1,2,3

1. Er is uit ’s werelds duistere wolken
een groot licht stralend opgegaan
– wie wonen in het diepste donker,
zij zullen in het zonlicht staan.
Glorie aan God, de overwinning
is ongekend, de vreugde groot;
de aarde jubelt – hoor ons zingen:
wij delen in een rijke oogst!

2.De loden last die op ons drukte,
de stang, het juk, ons ongeluk,
de zweep, de stok die diep deed bukken,
verbrijzeld zijn ze, stuk voor stuk,
verbrand de laarzen der soldaten
en elke mantel rood van bloed,
geen wapentuig meer door de straten
– de velden vol van overvloed.

3. Godlof, een kind is ons geboren,
een held zal onze koning zijn,
die raadsman, God-met-ons zal heten
die zoon zal ons tot vader zijn!
Vorst die met vrede ons wil kronen
van nu af tot in eeuwigheid,
de Eeuwige zal hem doen tronen
op recht en op gerechtigheid.
zegen
amen: Gz. 50 (Ere zij God)

Ere zij God
Ere zij God
In de hoge,
in de hoge,
in de hoge
Vrede op aarde,
vrede op aarde
In de mensen een welbehagen.
Ere zij God in de hoge
Ere zij God in de hoge
Vrede op aarde,
vrede op aarde
Vrede op aarde,
vrede op aarde
In de mensen,
in de mensen
een welbehagen
In de mensen
een welbehagen,
een welbehagen
Ere zij God
Ere zij God
In de hoge,
in de hoge,
in de hoge
Vrede op aarde
Vrede op aarde
In de mensen een welbehagen.
Amen,
amen.

Uitleg:
Mannen
Vrouwen
allen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

De volgende HTML tags en attributen zijn toegestaan: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>