Zondag 21 Heid. Cat.: Wat we geloven van de kerk

Gemeente van Christus, broeders en zusters,jongens en meisjes,
dia 1
Je kunt op heel verschillende manieren tegen de kerk aankij¬ken.
Bijvoorbeeld vanuit wat je om je heen ziet, in de kerk waar je zelf lid van bent.
Hoe gaat het hier? Wat doen we samen? En ook: wat zijn de minpunten?
Wat zou anders moeten en beter? Wat missen we bij elkaar, waarin schieten we te kort
en wat zou er aan gedaan kunnen worden om meer wervend te zijn naar buiten toe?

Vaak hebben we het over de kerk in het licht van de situatie van de kerken in Nederland. Dan gaat het over krimp, afnemend kerkbezoek, sluiting van gebouwen.
En: we vragen ons af hoe het komen kan tot eenheid van die kerken die dezelfde belijdenis hebben, en we merken dat we daar niet altijd gelijk over denken. Dat de manier waarop we kijken naar andere kerken, sterk veranderd is, en dat ook kerkelijk shoppen ‘in’ is en er makkelijk toe kan leiden dat het gras bij de buren groener en frisser lijkt te zijn. Dat de band aan je broers en zussen in de kerk waar je lid bent of misschien wel bent opgegroeid makkelijker dan vroeger wordt losgelaten als je vindt of voelt dat je in een ander kerkgezin je beter op je plek denkt te zijn, b.v. als er dingen kunnen en gebeuren waarvoor in je eigen kerk nog geen ruimte of mogelijkheden zijn….we hebben er helaas ook zelf mee te maken de laatste tijd.

Met dit en meer dingen die in onze tijd rond de kerk spelen in ons achterhoofd valt op dat zondag 21 ons niet vraagt: hoe ziet u de kerk, of: wat vind jij van de kerk?
Zelfs niet als eerste: wáár ziet u en vindt u de kerk? De vraag is anders: wat gelooft u van de heilige, algemene, christelijke kerk? Het startpunt is niet wat mensen opzetten en organiseren, of er samen van maken. dia 2
De catechismus begint bij het begin. Het startpunt ligt eerder en hoger:”dat de Zoon van God zich een gemeente vergadert uit het hele menselijke geslacht – wereldwijd dus – van het begin van de wereld tot aan het einde – dus in alle tijden en elke eeuw.

In dat grote project van de Heer hebben ook kerken in ons kleine Nederland en het nog kleinere Broek op Langedijk een eigen bescheiden maar belangrijke plaats.
Om op de plaats waar God ons heeft gezet en waar Christus ons roept, trouw te zijn.
En met goede moed op weg te blijven, met heel Gods volk, naar de dag van morgen. Naar de dag dat het laatste kerklid binnen is en de Heer van de kerk er zelf weer is.

We mogen met Johannes meekijken naar de kerk op weg. En dan vooral een doorkijkje krijgen tot op het eindresultaat. Om te zien hoe goed het komt, maar ook hoe het alleen goed komt. En ons af te vragen wat de kerk is,en hoe een kerk ‘kerk’ blij¬ft.

dia 3 Wat we geloven van de kerk

1. dat ze heilig is;
2. dat ze algemeen is;
3. dat ze van Chris¬tus is
dia 4
1. We geloven van de kerk dat ze een heilige kerk is. ‘Gemeenschap van heiligen’, staat er extra bij.. Vorige week zagen we: in de Bijbel zijn alle gelovigen ‘heiligen’.
Be¬grijp dat vooral niet verkeerd. Wat zo vaak gebeurt. Alsof ‘heilig’ zou zijn: volmaakt. De kerk als een club mensen die denkt dat ze beter zijn dan anderen. Nou, moet je eens zien! Hoe vaak knappen mensen van buiten niet af op de kerk – vooral om die mensen die ze er tegen komen, om wat ze zien van ons en over ons horen. En hoe vaak knap je in de kerk niet af op elkaar?

We zeggen juist daarom vaak dat je niet naar mensen moet kijken. Dat is waar, als we ons er maar niet achter verschui¬len, en verkeerde dingen in de kerk en in ons leven daarmee goed praten en op z’n beloop laten. Want de kerk bestaat wel dege¬lijk uit mensen. En de eerste kennismaking met de kerk gaat bijna altijd via mensen van de kerk. En dat kan positief uitpakken, maar ook heel negatief. Denk er goed om!

Toch is het helemaal waar: je moet niet op mensen afgaan als je wil weten wat de kerk is. Als je vraagt wat het betekent dat die kerk ‘heilig’ is. Dat is niet: zonder zonden, mensen die het allemaal zo goed doen. Die voorbeeld-ig leven. Dat zal wel zo worden. Zoals Johannes de kerk zag aan het eind van de reis die ze maakt door de geschiedenis heen: een massa mensen, niet te tellen, in witte gewaden en met palmtakken in de hand. Dat is het eindresultaat. Daar gaat het heen. Zoals al beloofd bij onze doop: dat we eenmaal volkomen rein – schoongewassen – een plaats zullen krijgen in de gemeente van de uitverkore¬nen.

Zover is het nog niet. Vaak ziet de kerk er niet uit. Is er op kerkmensen verschrikkelijk veel aan te merken. Maakt het vuil van de zonde ons niet om aan te zien. Maar toch: heilig. Ik las het zo uitgelegd: “Heilig, dat betekent apart gezet. Apart gezet om God de Here te dienen.” Nou, en daar zit de Heer zelf achter. Dat is zijn werk. Er is niets van ons bij. Wat er achter zit is dat wonderlijke geheim van Gods keus.

Zondag 21 zet ermee in: de Zoon van God vergadert zich uit het hele menselijke geslacht een gemeente, die uitverkoren is tot het eeuwige leven. En van die gemeente mag ik lid zijn…niet om mee te pronken maar om verbaasd over te zijn, dankbaar: ik?
God heeft zijn knecht Johannes ook een blik gegund achter de schermen van dat werk van zijn Zoon. Hij zag ze komen, steeds maar meer en steeds weer nieuwe mensen, dwars door druk en lijden heen, met kleren die wit gewassen waren in het bloed van het Lam, gered uit de greep van zonde en uit genade Thuisgebracht.
dia 5
Kijk, dat is het geheim van het ontstaan van de kerk en van haar voortbestaan. Daarom alleen staat er straks die menigte mensen in witte kleding,om volmaakt God en Christus te die¬nen. Alleen daarom zijn ze er doorheen gekomen, door de strijd en het lijden, en zelfs door die grote toornuitbarsting van God.

Opb.6 eindigt met de beklemmende vraag: wie zal bestaan?
Wie blijft dan overeind en komt er doorheen? Kunnen we niet allemaal het beste zo ver mogelijk wegkruipen? Hopen onder het neerstortende puin van de laatste catastrofe verpletterd te worden, beter dan oog in oog te staan met de hoogste Rechter?

Maar dan last God een adempauze in. Stilte voor de storm! De enge¬len wachten met het voltrekken van de straf. Eerst worden de knechten van God verze¬geld, ge¬merkt. Wie zijn keurmerk draag¬t, komt er veilig door¬heen. Johannes ziet ze staan voor de troon. Recht overeind. Vrij. Bevrijd van strijd en zor¬gen.
dia 6
Dat is wat ‘heilig’ wil zeggen. De gemeenschap van heiligen is de verzameling van die mensen die het zegel van God dragen. U mag denken aan de doop,maar alleen als daar een leven achter zit dat gestempeld is door dienst aan je Heer. Als je schuilt
achter het bloed van Christus, zoals de Israëlieten beveiligd werden tegen het verderf door het bloed aan hun deuren. Zoals we belijden dat de kerk een vergadering is van echte gelovigen die al hun heil van Jezus Christus verwachten, gewassen door zijn bloed, en geheiligd en verzegeld door de Heilige Geest.

Als je wil weten wat de kerk is, moet je niet naar mensen kijken, zeggen we vaak. Kijk eerst maar naar Christus. Maar als je echt je leven aan Hem gegeven hebt, dan zal dat leven er ook heel anders uit gaan zien. En zien de mensen aan je dat je van je Heer bent. Straalt er iets van Hem ook van ons af. Zie je elkaar in een heel ander licht.
Tot de dag dat de Heer zijn gemeente als zijn bruid aan God zijn Vader voorstelt: stralend, zonder vlek of rimpel, of wat voor ongerechtigheid dan ook. Schitterend!
Dat ik daarbij mag horen! Reden genoeg om de Here ervoor te danken: dat U voor mij hebt gekozen! Dat ik er ook bij mag zijn, en er bij mag blijven! En hij en zij ook….!!

Ook reden genoeg maar vaak in de spiegel te kijken: zijn we als kerk echt kerk – een gemeente die er is voor God en Jezus? Wordt mijn leven gestempeld door dienst aan mijn Heer? Wil ik me laten schoonwassen door die grote witmaker – Jezus’ bloed?
En laat ik me leiden en bijsturen door Gods Heilige Geest, ik samen met al die anderen die samen op weg zijn? Zal ik straks op het appèl zijn, als de kerk compleet is en de Heer komt? Bid er maar om: “Heer, laat mij dan niet ontbreken! En haal er nog heel veel anderen bij. Om straks samen U de eer te geven!”
dia 7
2. Wij geloven dat de kerk een algemene kerk is. U mag ook zeggen: een katholieke (niet rooms-katholiek, maar wel katholiek). En nog anders: oecumenisch, dat is van heel de wereld….de kerk van alle landen en plaatsen en van tijden…onafzienbaar!

Zondag 21 brengt het zo onder woorden: Christus vergadert zijn gemeente uit het hele menselijke geslacht bijeen, en dat van het begin van de wereld tot aan het einde. De NGB werkt dat in art.27 verder uit: “deze heilige kerk is niet gevestigd in, gebonden aan, of beperkt tot, een bepaalde plaats, of gebonden aan bepaalde personen, maar zij is ver-breid en verstrooid over de hele wereld”. Ja, en tegelijk:”met hart en wil samengevoegd en verenigd in eenzelfde Geest,door de kracht van het geloof”.

Je merkt er iets van als je in het buitenland medegelovigen ontmoet, en als je daar samen met hen kerkdienst mag houden. Je verstaat dan lang niet alles wat gezegd wordt, je merkt ook verschillen – en je komt er achter dat het niet altijd precies zo moet als wij in Nederland het gewend zijn, maar dat je één bent in waar het echt om gaat.
Een dikke streep onder dat: de kerk is niet beperkt tot een bepaald land (Nederland b.v.), en er zijn meer christenen in de wereld dan gereformeerden met hun traditie.
Waarin veel zit dat waardevol is, maar ook veel dat anders kan en anders zal moeten. In elk geval betrekkelijk is, gestempeld door geschiedenis en gewoontevorming.

Dat de kerk algemeen is – van alle tijden en van alle plaatsen – dat komt op een indrukwekkende manier op ons af in wat Johannes voor zijn geestesoog ziet gebeuren. Eerst hoort hij het getal van de verzegelden. Een afgerond en vol getal: 144.000. Dat is niet letterlijk bedoeld hier, zoals b.v. de Jehovah’s Getuigen ons willen wijsmaken. Ook niet bedoeld als een speciale groep, een elite, van gelovigen. Nee, het wil zeggen dat het er heel veel zijn, en dat er niet één gemist zal worden. 144.000, dat is ook 12 (het getal van de 12 stammen) maal 12 (de 12 apostelen). OT en NT zijn één!
Ja, en dat vermenigvuldigd met 1000 (10 maal 10 maal 10). Een uitlegger zegt: de kinderen Israëls worden aangevuld met ontelbaar velen. God begint met zijn oude volk Israël – zelfs daarvoor: van het begin van de wereld. Vandaar dat de twaalf stammen met naam en toenaam worden genoemd. Samen één volk. Ja, maar dan na Pinksteren aangevuld met heel veel anderen die afstammen van andere volken en andere talen spreken. Zoals in Rom.9 staat dat op de olijfboom Israël vreemde takken worden ingeënt. De kerk is gebouwd op het fundament van apostelen en profeten. De kerk uit joden en heidenen is samen Gods Israël!
dia 8
Kijk, en dat ziet Johannes voor ogen in die mensenmassa die afkomstig is uit alle rassen en stammen, volken en talen. Dat is die kerk bijeengebracht van het begin van de wereld af, en tot aan de einden van de aarde. Waar u en jij en ik bij horen.”Het gaat erom”, lees ik, “dat wij gaan begrijpen dat kerk van de Here God veel groter is dan wij als mensen nu kunnen zien”.”Iedereen die de Here God van harte lief heeft en belijdt dat Jezus zijn Verlosser is, mag bij die kerk, die algemene kerk, horen. Niet omdat mensen dat zeggen, maar omdat de Here God daarvoor zorgt”. Dat leert de bijbelse geschiedenis, dat leert ook de kerkgeschiedenis. Dat ervaren we al meer, wereldwijd.
Heel de bijbel door, en ook in Openbaring 7, zien we dat de Here gelovige mensen bij elkaar brengt. Dat Hij wil dat wie in Hem geloven elkaar opzoeken en samen kerk zijn. Dat gepreekt wordt en gedoopt en avondmaal gevierd. Dat wie van de Heer zijn zich aan elkaar verbonden voelen, ook als ze niet elke zondag in hetzelfde gebouw zijn en ook als er verschillen blijven in gemeente-zijn, kerkdienst-vieren, en dingen beleven.

Ja, want waar mensen de woorden van God horen en daar naar willen leven, daar herkennen we die kerk van alle tijden en plaatsen. Je wilt samen God alle eer geven. Je staat ook open voor mensen die op zoek zijn naar een vaste basis en een echt doel in hun leven. Dan is de kerk niet een club gelijkgezinden waar je pas bij mag als je je aanpast, of een knus gezin waar gasten en buitenstaanders zich vreemd blijven voelen, maar wil de kerk zijn waar we van zongen: een herberg onderweg voor
wie nergens anders rust en ruimte kunnen vinden, een huis waar verdriet wordt gedeeld en ook blijdschap gevierd, het huis van de grote Gastheer die zegt. kom allemaal bij mij jullie die vermoeid en belast zijn, en dan zal Ik jullie rust geven, een kerk die een plaats is tegen de neerslachtigheid en een pleister is van barmhartigheid.
De kerk – wat zou dat mooi zijn – als gastenhuis voor jong en oud: welkom allemaal!
dia 9
3. Wij geloven dat de kerk de kerk van Christus is. Dat is eigenlijk het voornaamste. Daar begint het mee en draait het om. Zonder Christus zou er helemaal geen kerk zijn. De Zoon van God vergadert zich een gemeente en beschermt die en houdt die in leven. De kerk bestaat uit mensen die door het offer van Christus zijn gered. We lazen het in Opb.7: ze hebben hun kleren gewassen en die wit gemaakt in het bloed van het Lam. Hij kocht ons met zijn bloed. En Hij blijft ons ook regeren.

Juist daarom kan de kerk ook genoemd worden ‘gemeenschap van de heiligen’. Gemeenschap. Niet los zand, maar hecht verband. En dat niet omdat we elkaar zo aardig vinden – als dat zo is, is het mooi meegenomen, maar vaak is dat niet zo – maar: omdat we persoonlijk en samen van Christus zijn. En we geroepen zijn om Hem en elkaar lief te hebben. Omdat we veel samen hebben: vooral die ene Heer! Omdat we
een gezin zijn: broers en zussen, kinderen van die ene Vader, aan elkaar gegeven.

Wat een geweldige troost: de kerk is van Christus. Dus is de toekomst van de kerk in goede handen. Johannes zingt het ons als het ware voor: “het lam zal hen hoeden, hen naar de waterbronnen van het leven brengen. En God zal alle tranen van hun ogen wissen. Alle tranen die nu nog gehuild worden of gevoeld diep in jezelf: om wat
in dit leven stuk gaat, mislukt, beschadigd raakt, niet van de grond komt, doodgaat.
Alle tranen ook die je kunt hebben om teleurstellingen in elkaar, in de kerk, als je
elkaar niet vast kan houden soms, of tegenover elkaar staat, of elkaar niet begrijpt.
Als de kerk niet altijd gastvrij is voor jong en oud, en we niet altijd elkaar ruimte bieden.

Gelukkig gaat de Heer door, dwars tegen alles in, als de goede Herder die zijn kerk als zijn kudde bijeenbrengt en bijeenhoudt, en haar beschermt, en haar voorziet van alles wat ze nodig heeft. En dat God nu al onze tranen wil drogen door dat vertroostende evangelie dat zijn kerk mag doorgeven aan u en jou en iedereen die het maar wil horen. Hij stilt onze honger en lest onze dorst. Hij loopt voorop en wijst ons de weg.

Wil de kerk kerk zijn en blijven, en wilt u en wil jij van die kerk een levend en meelevend lid zijn – en blijven – dan zal het erop aan komen dat we bij Christus blijven. Dat we naar de stem van de goede Herder luisteren en Hem achterna lopen. Ja, en als we dat samen doen als kinderen van de Vader, dan zal er ook die eenheid komen die nu vaak zo ver weg lijkt. Hij heeft het zelf belooft: dan zal het worden één kudde en één Herder. Laten we er maar om blijven bidden en eraan blijven werken.

Tot iedereen het zien zal: een onafzienbare menigte die niemand kan tellen.
En God voor altijd bij ons mensen wonen zal.
Het is de moeite waard bij de kerk te horen, en altijd lid te blijven. dia 10

amen

liturgie morgendienst

zingen: ZG 213: 1,2,3 ‘Dit huis, een herberg onderweg (melodie Psalm 84)

Dit huis, een herberg onderweg
voor wie verdwaald in heg en steg
geen rust, geen ruimte meer kon vinden,
een toevluchtsoord in de woestijn
voor wie met olie en met wijn
pijnlijke wonden liet verbinden,
dit huis, waarin men smarten deelt,
weet hoe Gods liefde harten heelt.

Dit huis, waarin een gastheer is
wiens zachte juk geen last meer is,
dit huis is tot ons heil gegeven:
Een herberg voor wie moe en mat
terzijde van het smalle pad
struikelt en langer niet wil leven
plaats tegen neerslachtigheid
een pleister van barmhartigheid.

Dit huis, met liefde opgebouwd,
dit gastenhuis voor jong en oud,
ligt langs de weg als een oase;
hier kan men putten: nieuwe kracht,
hier is beschutting voor de nacht,
hier is het elke zondag Pasen!
Gezegend alwie binnen gaat
en hier de lasten liggen laat

votum en groet
zingen: Ps. 126: 1,2,3 ‘Toen God ons weer naar Sion bracht’
wet van God
zingen: Ps. 5: 4,5 ‘Gij oordeelt wie niet eerlijk spreken’
gebed
Schriftlezing:Openb. 6 en 7
zingen: Gz. 70: 1,2,3 ‘Gij dienaars van Hem, die alles regeert’
preek over zondag 21
zingen: Gz. 118: 1,2,3 ‘God is getrouw, zijn plannen falen niet’
collecte
slotzang: Ps. 89: 1,7 ‘Ik zal zo lang ik leef bezingen in mijn lied’
zegen
amen: Ps. 89 laatste regel

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *