Romeinen 15: 7: Elkaar liefdevol aanvaarden – puzzel of parel?

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, geliefd door God onze Vader, een in de Heilige Geest,

 Puzzel of parel, dat doet terugdenken aan die gemeenteavond van 15 november 2013, over wat voor gemeente zijn we en willen we zijn, waar staan we als gemeente, waar willen we heen? Met als vertrekpunt en ook als richtlijn wat God van ons vraagt en welke richting Jezus wijst .

Best al weer een tijd geleden maar misschien is er wat blijven haken van die parels en puzzels. Voor wie er niet bij was of het weer wat kwijt is:  parels zijn dingen die goed gaan of die jij zelf goed vindt,  waar je blij mee bent,  puzzels zijn dingen die minder goed gaan of volgens jou beter kunnen;  puzzels geven stof tot na denken en vragen om een vervolg….een puzzel is dus: werk aan de winkel.

Zo werd die avond gevraagd aan te geven wat volgens ons sterke en zwakke punten zijn van onze gemeente, en aan het eind gaf Jannet de Jong van het landelijk Praktijkcentrum een samenvatting van wat uit de verschillende groepen naar voren was gekomen: wat gaat goed en wat kan beter.

Daar rolde als een van de steeds terugkerende punten uit dat van het al of niet aanvaarden van elkaar, wat verrassend genoeg voor de een als parel werd gezien en door anderen als puzzel. Daar moeten jullie dus wat mee, was de conclusie van Jannet, en ze had gelijk, vandaar deze dienst, als start voor voortgaand gesprek en concrete invulling van samen kerk zijn in 2014-15.

Elkaar liefdevol aanvaarden – puzzel of parel?

Parel of puzzel, dan ben je geneigd – ik tenminste wel – om te focussen op dat gepuzzel – ik zeger eerlijk bij dat ik in de groep waarin ik zat dat aanvaarden van elkaar een puzzel genoemd heb. Omdat het nogal eens lastig is elkaar te aanvaarden, en het soms lijkt of we eerder uit elkaar dan naar elkaar toe groeien, en verschillen van denken en voelen af en toe tot irritatie kan leiden.

Het is soms best puzzelen om als kerkenraad zo leiding te geven dat ieder tot zijn of haar recht komt: dat we elkaar met alle verschillen die er zijn de ruimte geven zonder aan de ene of de andere kant mensen kwijt te raken; om een wijze weg te gaan in de samenwerking met de CGK; om mee te denken met wat in Hart voor Heerhugowaard gebeurt zonder de eigen gemeente tekort te doen; om goede keuzes te maken over hoe het verder moet met dit kerkgebouw en met de financiën; en dan ook nog te streven naar evenwichtigheid in de invulling van de kerkdiensten…heel veel puzzels dus…

Maar toch, ik wou daar niet mee beginnen en er zeker niet in blijven steken of over somberen. Want eigenlijk is de vraag waar alles om draait vanmorgen, waar het Paulus ten diepste om gaat in de tekst van vanmorgen, deze vraag: kijk eens om u heen, en denk tegelijk ook aan wie er niet zijn vanmorgen,  en vaak niet zijn -omdat ze al lang ziek zijn, of omdat ze meestal in HartvoorHHW zitten, omdat ze vaak ergens anders kerken, of al bijna of helemaal zijn afgehaakt… neem desnoods watnamen en gezichten in gedachten, en vraag aan jezelf: is hij of zij nou voor mij een parel of eerder een puzzel – ja, en ook, wees eerlijk: hoe zou die ander nou mij zien, als een puzzel of als een parel?

 Ja en dan nog even doordenkend en doorvragend, aan jezelf: hoe dat komt, waarom dat zo is…. Nog een stap verder en wel erg spannend: om eens aan anderen te vragen hoe ze naar u of jou kijken: als naar een parel of als naar een puzzel; hoe je overkomt op die ander, wat vind je van mij?

Ja en als daar eerlijke antwoorden op komen, en vooral als dat schrikken is, wat doe je er dan mee? Blijkt misschien dat er heel wat puzzels aan het licht komen, b.v. omdat ze elkaar nog maar beperkt en oppervlakkig kennen, veel over elkaar praten en dan zomaar over elkaar oordelen, en weinig met elkaar praten, en dat niet over koetjes en kalfjes, of over buitenkant-dingen in de kerk, of op eieren lopend en op je woorden lettend, uit angst dat de ander je om wat je zegt, hard zal vallen. Dat ze je misschien wel niet goed gereformeerd vinden, of juist je als conservatief wegzetten. Zodat er wel veel wordt gepraat maar er geen gesprek is van hart tot hart, met hart voor elkaar.

Maar nou bent ik toch weer druk met die puzzel en met wat lastig blijkt en zo vaak nog mis gaat. Terwijl ik juist eerst gewoon blij wil zijn met al die parels die ik om me heen zie en die ik ken – maar vooral, want wie ben ik, en wat zei Paulus ook al weer: wie mij beoordeelt is de Heer, en zijn beoordeling beslist, en niet wat anderen van je vinden maakt je tot parel of puzzel….

Nou, en waar de bijbel glashelder over is, dat is daarover dat wij allemaal, en ook die broers en zussen van ons die vanmorgen om wat voor reden niet hier zijn, en zoveel anderen die wij niet kennen en hier op aarde nooit zullen kennen en tegenkomen, allemaal parels zijn in Gods hand.

Zoals God eeuwen geleden zei tegen de  Israëlieten, met al hun eigenaardigheden en zonden: “Jij bent zo kostbaar in mijn ogen, zo waardevol, en ik houd zoveel van je, dan ik de mensheid geef in ruil voor jou, ja alle volken om jou te behouden”,  lees maar Jesaja 43: 4 – heel bijzonder. Ja en later blijkt dat God om mensen los te kopen en tot zijn nieuwe volk te maken, zelfs zijn eigen Zoon geeft opgeofferd, lees 1 Petrus 1: 18-19:  “U weet immers dat u niet met zoiets vergankelijks als zilver of goud bent vrijgekocht uit het zinloze leven dat u van uw voorouders had geërfd,  maar met kostbaar bloed, van een lam zonder smet of gebrek, van Christus”.

Dus goed om het vaak aan jezelf te vragen – zoals in dat misschien wel erg simpele maar ware liedje – “weet je dat de Vader je kent, weet je dat je van waarde bent, weet je dat je een parel bent? een parel in Gods hand.” –  en als je dat mag weten en geloven, denk dan ook zo over die ander naast je of voor je of niet hier vanmorgen;  kijk zo ook naar hem of haar, ook en juist als hij of zij een puzzel is in jouw ogen, of een onaangepast zwerfsteentje, of zelfs een struikelblok.

Probeer te kijken naar die ander zoals God je Vader naar jou kijkt, kijk met de ogen van Jezus. Ja en realiseer je ook dat om elke parel een oester zit, en dat pas als die oester opengaat de parel zichtbaar wordt – durf open te zijn naar elkaar, en gun elkaar de tijd en geef elkaar de ruimte zodat die openheid er komt – en dan blijkt vaak achter de ruwe bolster een blanke pit schuil te gaan, komt uit die oester een parel te voorschijn, is die ander anders dan ik dacht…En dan gaan als die unieke parels, allemaal verschillend, samen een prachtig sieraad vormen.

 Precies dat waar Paulus mee inzet en op uitkomt: zoals Christus ons heeft aanvaard en ook en vooral: omdat Christus ons- mij – maar ook hem en ook haar – aanvaard heeft – aanvaard zo ook elkaar. Wat dus veel meer is dan elkaar hooguit dulden, of: je erbij neerleggen dat hij of zij er ook bij hoort.

Het woord dat Paulus gebruikt is letterlijk zoiets als: elkaar een plek geven, iemand gastvrij opnemen. Ik las: “Dat is meer dan: ik respecteer je standpunt. Het is ook:  ik aanvaard jou als broer of zuster, ik neem je op in mijn kring, jij gelooft anders, maar je bent mij er geen spat minder om”.   einde citaat Dus niet met het gevoel dat hij of zij er net bij mag horen, nog net niet weggekeken wordt, nee, het is je echt welkom weten,serieus genomen zoals je bent, er mogen zijn zoals jij bent en denkt en doet,de ruimte krijgen om jezelf te zijn en te worden gewaardeerd met jouw gaven en mogelijkheden en ook gesteund bij wat jij moeilijk vindt, met alle liefde en geduld en respect als ook een mooie parel. Of in dat door Paulus gebruikte beeld: als onmisbaar lichaamsdeel dat meedoet op jouw plekje, want iedereen is nodig en niemand is overbodig, want lichaam ben je samen en geloven is samen.

Het trof mij bij het lezen in deze brief dat Paulus’  inzet al meteen is dat wederzijdse, dat samen. Als de apostel schrijft dat hij graag de christenen in Rome persoonlijk wil ontmoeten, om ook hen in hun geloof te versterken en hen te bemoedigen, lijkt het wel of hij al schrijvende zichzelf corrigeert “Ik verlang ernaar u te ontmoeten en u te laten delen in een geestelijke gave, om u te sterken, of liever, om door elkaar bemoedigd te worden: ik door uw geloof en u door het mijne”. Leerzaam voor elke christen: niet ik weet het beter dan jij, niet ik zal het jou wel eens vertellen, maar laten we elkaar bemoedigen en sterker maken door van elkaar te leren en elkaar te dienen.

Hoofdstuk 15 begint ook zo: niet je eigen belang dienen maar je richten op het belang van de ander. En eerder al, in hoofdstuk 12, ging het uitgebreid over elkaar dienen met de gaven die God uitdeelt, en over de ander belangrijker vinden dan jezelf, en dus ook de mening en de gevoelens van die ander serieus nemen, er rekening mee houden, en als het moet zelf een stapje terug willen doen, inleveren.

In het vorige hoofdstuk werd dat concreet gemaakt voor problemen die toen speelden als wat mag je wel of niet eten en drinken, en kun je als jij denkt dat iets wel kan, het ook laten voor de ander die daardoor in zijn geloof wordt belemmerd, en kun je andersom accepteren wie anders kiest dan jij. Zoals in 14: 3: “Wie alles eet mag niet neerzien op iemand die dat niet doet, en wie niet alles eet mag geen oordeel vellen over iemand die dat wel doet, want God heeft hem aanvaard“….en even verder: “Wie bent u dat u een oordeel velt over uw broeder of zuster? Wie bent u dat u neerziet op uw broeder of zuster”  (14: 10). Maar: “ieder van ons zal zich tegenover God moeten verantwoorden”. Elkaar beoordelen of veroordelen staat haaks op elkaar aanvaarden, en schaadt Gods ene gezin, trekt sporen van vernieling door dat ene lichaam, en remt de groei naar God en elkaar toe af. Ja en als hier staat dat elkaar aanvaarden is tot eer van God, is elkaar links laten liggen of – erger -elkaar verketteren of afschrijven, onteren van God – je doet afbreuk aan wat God bezig is te doen door zijn Geest – ja en je vergeet helemaal wat Christus over had om jou en al die anderen los te kopen en tot zijn ene gemeente te maken – je bent niet zuinig op wie in Gods ogen kostbaar zijn.

 Nee, elkaar aanvaarden en elkaar ruimte geven, betekent niet dat ieder doet wat goed is in zijn of haar eigen ogen, dat iedereen het zelf maar moet uitzoeken, dat doe je ook niet als het goed is in een gezin of een familie, daar zorg je voor elkaar en pas je op elkaar en waak je over elkaar. In 12: 16 waarschuwt Paulus tegen hoogmoed en afgaan op eigen inzicht, tegen eigenwijs zijn. Dus is elkaar liefdevol aanvaarden juist ook het gesprek en de nodige feedback en opbouwende kritiek, maar dan wederzijds en van hart tot hart, open voor wat de ander te melden heeft en misschien op jou aan te merken heeft, en dat niet om af te breken of af te branden maar om op te bouwen en samen door te groeien – en dat niet voor eigen eer maar tot eer van God………..

Wie zegt: wat lastig, ik zie meer puzzels dan parels, heeft gelijk – maar bedenk dan twee dingen:

1. Er staat: zoals Christus ons aanvaard heeft – en wat heeft dat Christus veel, alles, gekost…..

2. Vlak voor ons tekstvers staat een gebed van Paulus: “moge God u de eensgezindheid geven”. Het zal nooit wat worden met elkaar als we niet voor elkaar – en onszelf- en de gemeente – bidden. En vertrouwen op wat Paulus eraan toevoegt: overvloedige hoop door de kracht van de H. Geest.

Tot slot: de vraag was of liefdevol aanvaarden van elkaar een puzzel is – of blijft – of een parel is -of wordt – we begonnen ermee dat beslissend is hoe we kijken naar de ander: puzzel, of parel.

Laat ik eindigen met iets van uitzicht: ook dat beeld van een puzzel kun je positief duiden – heel veel verschillende puzzelstukjes – elk op de eigen plek – kunnen samen een prachtig geheel vormen. En dat tot eer van God die met ons allemaal zijn doel heeft en ons aan elkaar geeft om elkaar te helpen bij het heenwerken naar dat doel – en dan kan – en zal- geen puzzelstukje – en geen parel – gemist worden.

                                                                    amen                   

liturgie morgendienst

votum en groet

zingen:       Ps. 106: 1, 21,22

wet van God

zingen:       Gz. 32 (1,2,3)   – schoollied

gebed

Schriftlezing:  Rom. 12: 3-16 en 15: 1-7

zingen:      Opwekking 715

verkondiging:   Rom. 15: 7

zingen:      Lied 95 (1,2,3)

gebed

collecte

slotzang:   Gz. 164 GK

zegen

amen:        Opwekking 602 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *