Hebreeën 13: 24b: Jezus’ bloed overstemt dat van Abel (overdenking avondmaalsviering)

Gemeente van onze Heer Jezus Christus,

 

  “Hoor hoe het bloed van je broer uit de aarde naar mij schreeuwt”.

Zei God tegen Kaïn toen die net zijn broer Abel had doodgeslagen.

Vreselijk als dat gebeurt binnen een en hetzelfde gezin: het zullen je zoons maar zijn! En God hoort het ook, en heeft er veel verdriet van, is er boos over, en vergeet het niet. Helaas, die eerste moord uit de geschiedenis volgens de bijbel, zou niet de laatste zijn. Er is een stroom bloed op gevolgd die nog steeds niet is gestopt: wat een lawaai in Gods oren! In onze lang als modern en beschaafd geachte 21e eeuw is het geschreeuw niet van de lucht van ontelbaar veel ook onschuldige slachtoffers van stammentwisten, etnische zuivering, wraakneming tot en met onthoofdingen toe, ook vrouwen en kinderen die afgemaakt worden of voor hun leven beschadigd door verkrachting, ontvoering, misbruik, verminking, traumatisering. Schokkend om ervan te horen, en beelden die je beter niet kunt zien maar zich aan je opdringen.

Ja en al te vaak gebeurt het tussen mensen en groepen die tot voor kort en soms al heel lang vreedzaam naast elkaar leefden, als geloofsgenoten, buren, dorpsgenoten – en elke keer horen we ook in eigen land van familiedrama’s, gezinsdrama’s, of jongeren die met elkaar op de vuist gaan of stenen gooien naar hulpverleners.

Ja maar, dat kun je nog op veilige afstand bekijken: zo ben ik niet, en dat doet mijn kind niet…gelukkig. Maar als je de apostel Johannes leest, komt het zomaar dicht op eigen huid en huis en hart: “we moeten elkaar liefhebben en niet doen als Kaïn” en: “wie zijn broer of zus, broeder of zuster, haat” =niet liefde bewijst maar zijn hart voor hem of haar op slot houdt – en zijn portemonnee ook, die is een moordenaar .. Dat is nogal wat, dat komt hart binnen, en dat zet aan het denken – toch?

Want dan schreeuwt ook dat tot God omhoog:  negeren van elkaar, leven op en voor jezelf, de ander niet aanvaarden of zelfs misschien heel subtiel uitsluiten, of zelfs pesten, uitschelden – waar het zo vaak mee begint, ook al hou je natuurlijk je handen thuis, maar wat kunnen blikken doden, woorden de ander verwonden, en zeg niet te gauw dat er geen bloed uit vloeit;  er zijn ook heel dichtbij mensen die zich gevangen voelen en die zuchten door wat hen is of wordt aangedaan.

Gemeente, de bijbel is er duidelijk over dat onschuldig vergoten bloed niet vergeten wordt en niet ongestraft zal blijven, ook al lijkt er vaak geen stoppen aan en lijken de daders ermee weg te komen.

Dat laatste roept steeds weer de klacht op dat het maar doorgaat en schreeuwt om vergelding, zoals in de psalmen, b.v. de psalm die we zongen, Psalm 79: “Wil voor ons oog nog onze zaak beslechten en wreek het bloed van uw verslagen knechten, het kwaad dat werd begaan, vergeld het zevenvuldig”. En in Openbaring 6 hoort Johannes de zielen van hen die om hun geloof zijn afgeslacht, roepen tot God:  O heilige en betrouwbare Heer, wanneer zult u de mensen die op aarde leven eindelijk straffen en ons bloed op hen wreken?” – waarna ze te horen krijgen dat ze nog een korte tijd geduld moeten hebben:”totdat ook de andere dienaren, hun broeders en zusters die net als zij zouden worden gedood, zich bij hen gevoegd zouden hebben” – dat geldt nog altijd, blijkbaar moesten die christenen in Syrië en Irak en Nigeria er ook nog bij komen – we begrijpen het niet, maar laten we tot God blijven bidden en geloven dat God ook hen recht zal doen, dat niet het kwade zal overwinnen.

Ja en vergeet niet voor jezelf te bidden: bekeer mijn ook vaak zo felle hart, deel ons uw liefde mee, en geef dat ik vanuit die liefde leef en anderen liefde bewijs, dat we als christenen vredestichters zijn. Dat we elkaar echt liefhebben en dat dat onze houding bepaalt, en ook uitstraalt naar anderen toe.

Johannes schrijft met in zijn achterhoofd het voorbeeld van zijn Heer die zijn bloed gaf voor hem en ons: “daarom horen ook wij ons leven te geven voor onze broeders en zusters” – liefde doet leven!

Kijk, dat is mogelijk gemaakt, en kan alleen, door dat andere bloed dat ook een stem gekregen heeft en dat al dat bloed van Abel en talloos velen na hem en tot vandaag toe, kan overstemmen. Dwars door al dat kwaad en die vijandigheid van mensen heen zet God zijn plan machtig door, en dat plan is dat het bloed van zijn eigen Zoon vergoten zal worden om zo verzoening mogelijk te maken tussen God zelf en zijn mensen, zijn wereld, en dan ook tussen mensen en volken – om een nieuw verbond mogelijk te maken met maar niet dat ene volk Israël, maar met al die mensen vanuit heel veel volken die hun vertrouwen aan Jezus geven als de redder van Gods wereld en de Heer van hun leven.

Juist de brief aan de Hebreeën is er vol van hoe dat nieuwe verbond voller en rijker is en meer toekomstbestendig dan het oude verbond met alleen Israël, en met dat eindeloze bloedspoor van al die offers dag in dag uit en jaar in jaar uit, van al die koeien en schapen – “Christus is eenmaal geofferd om de zonden van velen te dragen(Heb. 9: 27)“zo zijn wij eens voor altijd geheiligd” (10:10)

Prachtig die verzen die uitlopen op ons tekstvers, als eerst is herinnerd aan het indrukwekkende van de verschijning van God op de Sinai met donder en bliksem en Gods stem zodat Mozes en het volk stonden te trillen op hun benen, maar – gaat het dan verder – het nieuwe verbond is niet minder maar juist meer bijzonder en geweldig: “u staat voor de Sionsberg, voor de stad van de levende God, het hemelse Jeruzalem, en voor duizenden engelen die in vreugde bijeen zijn, voor de gemeenschap van eerstgeborenen, die in de hemel ingeschreven zijn, voor God, de rechter van allen, en voor de geesten van de rechtvaardigen, die tot volmaaktheid gekomen zijn, voor de bemiddelaar van een nieuw verbond, Jezus, en voor het gesprenkelde bloed dat krachtiger spreekt dan dat van Abel”.  (Heb. 12: 22-24)

Het is in feite de grootste gerechtelijke dwaling, en de ergste moord van heel de geschiedenis, zoals Petrus de daders en aanstichters er later mee confronteert: “U hebt de heilige en rechtvaardige verstoten en geëist dat aan een moordenaar gratie verleend zou worden.Hem die de weg naar het leven wijst hebt u gedood” (Hand. 3: 14-15). Ja maar wat een wonder van genade: juist zo wilde God ontelbaar veel mensen vanuit Israël en vanuit heel zijn wereld zetten op de weg naar het leven, en mogelijk maken dat zelfs voor de ergste misdadigers en moordenaars de deur naar het paradijs opengaat, en zondaars niet verloren gaan maar gered mogen worden en eeuwig leven krijgen.

Een uitlegger zegt:  “Abels stem kwam niet tot zwijgen, maar Jezus’ stem overstemt de zijne!   Er wordt recht gedaan en verzoening bewerkt. Straks hoeft Abels stem niet meer gehoord te worden: zijn zaak is tot een voorspoedig einde gekomen” – ik voeg eraan toe: en ook de zaak van die zovelen die tot vandaag toe zuchten, en in doodsgevaren vluchten, het bloed van Gods verslagen knechten.

Laten we bidden dat het recht mag zegevieren, én laten bidden om en werken aan verzoening, door Jezus’ bloed – en uitkijken naar die nieuwe aarde waar voorgoed recht en vrede wonen!

                                                    amen

 

votum en groet

zingen:   Lied 305: 1

wet van de Heer

zingen:   Lied 305: 2

gebed

Schriftlezing: Gen. 4: 3-12; 1 Joh. 3: 11-17

zingen:   Ps. 79: 3,4,5 

overdenking over Heb 12: 24b  ‘Jezus’ bloed overstemt dat van Abel’

zingen:   Lied 285: 3,4

gebed

collecte

zingen:   Ps. 112: 1,2

avondmaalsformulier II

1e tafel  – gebed/opwekking     – zingen:     Ps. 72: 1

2e tafel – lezing: Heb. 13: 20-21- zingen:    Ps. 72: 2

3e  tafel – dankzegging (2) –           zingen: Ps. 72: 4

slotzang:  NLB 150a: 1,2,3  Geprezen zij God

zegen

amen:       NLB 150a: 4

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *