Galaten 6: 7-9: Je oogst wat je zaait

votum en groet

zingen:       Ps. 126 (1,2,3)

gebed

Schriflezing:   Galaten 5: 13 – 6: 10

zingen:       Lied 252: 1,2

verkondiging Galaten 6: 7-9

zingen:       Gz. 105: 1,3,7,8,9

geloofsbelijdenis Nicea

zingen:       Gz. 118: 3

gebed

collecte

zingen:       Ps. 92: 7,8

zegen

amen:        Lied 456: 3

———————————————————————————————————————–

Gemeente van onze Heer Jezus Christus,

 

Pinksteren is het oogstfeest van de Geest.

Vanmorgen ging het daarover, en we zagen dat de oogst die God wil gaan binnenhalen uit

mensen bestaat, mensen die de weg van Jezus willen gaan, en vervuld zijn van de Geest.

 

Vanmiddag willen we daarover nog wat verder doordenken,

vanuit wat we hebben gelezen in die brief van de apostel Paulus aan de kerken in Galatië.

Dat is een brief met als rode draad dat christen-zijn niet een leven is vanuit wetten en regeltjes

maar een leven waarin steeds meer zichtbaar wordt wie Christus is en hoe Hij geleefd heeft.

Dat bedoelt de apostel in 5: 18: “wanneer u door de Geest geleid wordt, bent u niet onderworpen

aan de wet” – nee, want dan gaat niet meer om van alles moeten enheel veel niet mogen.

Alsof je zo God moet zien te pleasen en je zelf je plekje in de hemelmoet zien te verdienen.

Dat kan  zomaar een geloven en een God dienen uit angst worden: je moet goed je  best doen, anders loopt het verkeerd af, anders kom je in de hel, en pas op wat je doet want God ziet alles.

Die angst houdt je in de greep want er mislukt zoveel en je blijft onzeker en het is nooit genoeg.

Ja en wat als God je straks ter verantwoording roept, en als dan alles wat mis ging langs komt?

Paulus hamert er door heel deze brief op dat als je in Jezus gelooft die angst weg gaat en je

dat allemaal kunt loslaten: “Christus heeft ons bevrijd opdat wij in vrijheid kunnen leven(5:1).

En: “als u probeert door God als rechtvaardige te worden aangenomen door de wet na te leven,

bent u van Christus losgemaakt en hebt u Gods genade verspeeld” (5:4). Geloven maakt vrij!

 

Geloven maakt vrij: maar niet alleen mijzelf maar ook de ander; vrijheid beleef je samen.

Vandaar het vervolg dat niet is bedoeld om weer hekken om ons leven te zetten maar juist

om dat leven van onszelf en elkaar te beschermen tegen toch weer angst en beschadiging.

Lees 5:13: “misbruik die vrijheid niet om uw eigen verlangens te bevredigen” –  en is dat van

alles dat in een mens kan huizen en uit een mens kan opkomen dat mezelf en anderen op de

korte termijn of op de lange duur schade kan doen – slechte vruchten aan een zieke boom,

of onkruid tussen die goede tarwe of in die mooie bloementuin – scheefgroei, misoogst.

 

Een kernzin is 5: 6: “Belangrijk is dat men gelooft en de liefde kent, die het geloof zijn kracht

verleent” – dus dat je niet alleen maar gefocust bent op jezelf en altijd alles en iedereen bekijkt

vanuit jezelf en vanuit wat jij denkt in je eigen belang te zijn – maar dat je gericht bent op de Heer

en open staat naar de ander, en je leven zo wilt inrichten dat ook anderen er de vruchten van kunnen plukken – zoals Paulus in 5: 13 verder gaat : “misbruik die vrijheid niet om uw eigen verlangens te bevredigen, maar dien elkaar in liefde, want de hele wet is vervuld in één uitspraak: “‘Heb uw naaste lief als uzelf” – echte vrijheid is niet wetteloosheid of losbandigheid maar dienstbaar zijn – en dat niet uit dwang of angst of regelzucht maar als de Geest je vult en stuurt, wil je zelf steeds meer leven naar het voorbeeld van Jezus en doen wat goed is in zijn ogen, en daarom goed is voor jezelf en ook goed is voor de mensen om je heen – niet als prestatie die je moet leveren om iets te verdienen of je falen af te kopen, maar als vrucht van het werk van Jezus voor jou, en als vrucht van de werking van de Heilige Geest in jouw leven, en tenslotte als een uitbundige oogst: een wereld vol van nieuw leven!

 

Jezus zelf heeft gezegd dat een goede boom herkenbaar is aan goede vruchten – en we hebben

net van Paulus die bekende uitspraak gelezen over de vrucht van de Geest die liefde is – concreet te merken en te proeven in al die varianten als blijdschap, vredelievendheid, geduld, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, zelfbeheersing en nog meer – waarvan we zongen als vruchten die ‘groeien aan de Geest’ – en in onze belijdenis – de catechismus – wordt gezegd dat als we door geloof zijn ingeplant in Christus – er vruchten van dankbaarheid komen, dat kan zelfs niet anders.

 

Ja maar pas dan wel op voor misverstanden, want als de catechismus zegt dat “het niet anders kan” dan dat gelovigen vruchten van dankbaarheid opleveren, is niet bedoeld dat het wel vanzelf gaat,

dat het je overkomt, en je dus maar lijdelijk moet wachten tot de Heilige Geest in je leven ingrijpt.

Nee, want er staat wel heel nadrukkelijk bij: “ieder die door waar geloof in Christus is ingeplant“,

en dat is ‘waar geloof’ maar niet dat je recht in de leer bent en gelooft dat de bijbel waar is, maar

echt geloof is  geloof dat door de liefde werkt, geloof dat er komt als de Heilige Geest je leidt.

 

Ook dat is een rode draad in de verzen die we hebben gelezen: “laat u leiden door de Geest” (5:16).

Dat is dus een opdracht, dat is een keus die ik moet maken, daarbij worden we zelf ingeschakeld.

Ook dat komen we in de catechismus tegen: dat we de Heer door zijn Geest in ons laten werken.

Op die eerste Pinksterdag was het niet anders: na de hemelvaart waren 120 volgelingen van Jezus

bij elkaar gekomen om te wachten op de uitstorting van de Heilige Geest en “vurig en eensgezind

wijdden ze zich aan het gebed” – ze stelden zich open voor de leiding van God door zijn Geest.

En toen het zover was en de Geest hen vervulde, riepen ze hun volksgenoten op de keus te maken

voor Jezus en te breken met hun leven tot dan toe en zich te laten dopen: dan krijgt ook u de Geest.

Dat overkomt een mens maar niet, dat is een keus, en dat kost ook wat: loslaten van wat jouzelf

drijft, breken met wat in je eigen houding en denken en leven verkeerd is, scheefgroei, schadelijk –

en overgaan op het goede spoor dat de Geest je wijst en waar de Geest je voor wil motiveren –

en dan zul je merken dat je daar anders van wordt – niet leuker altijd, niet makkelijker, wel beter.

 

Pinksteren is het oogstfeest van de Geest – maar een oogst komt niet uit de lucht vallen, daar

gaat een heel proces aan vooraf van zaaien en verzorgen, en onkruid wieden, en water geven,

en dat vraagt veel geduld en dat levert teleurstellingen op, tot eindelijk de opbrengst er is.

Dat is ook zo met het binnenhalen van de opbrengst van het werk van de Heer Jezus – eerst

eeuwenlang de zorg van God voor zijn volk Israël, door veel diepe dalen van zonde en schuld,

straf en boete, en steeds weer Gods nieuwe start – totdat uiteindelijk Jezus is gekomen – Jezus

die stad en land afreisde met Gods evangelie, en die op veel weerstand stuitte – denk aan dat

verhaal van die zaaier  en van zaad dat meteen werd weggepikt of door van alles en nog wat

werd verstikt, maar ook zaad dat in goede aarde viel – b.v. bij die aanstaande apostelen – ja

maar pas als Jezus zelf als het Goede Zaad er diep onderdoor gaat en dan tot nieuw leven

komt, pas dan begint het oogsten pas goed als duizenden zich bekeren en zich laten dopen.

Vanaf die start toen gaat het nog altijd door: zaaien, planten, verzorgen, terugval, doorstart;

worden kinderen gedoopt, komen mensen tot geloof, haken mensen af – jongeren, ouderen –

worden we ingeschakeld in opvoeding, bijbelstudie, gesprek, catechese, gemeentestichting…

Jezus had het over een grote oogst maar ook over gebrek aan arbeiders – de Geest doet het

maar mensen worden ingeschakeld, we hebben een taak naar elkaar toe en naar de wereld toe.

Nog een woord van Jezus: de velden zijn wit om te oogsten – en dat is dus: werk aan de winkel.

Ja,  maar het begint dichtbij huis, daar gaat het vanmiddag vooral over: de akker is de wereld, maar

vergeet niet je eigen akkertje:  je eigen hart, je houding, want wat je zult oogsten wat je zaait.

Een paar verzen eerder ging het over zorg voor elkaar en elkaar op de goede weg houden maar

dat neemt niet mijn eigen verantwoordelijkheid weg: “Wie denkt dat hij iets is, terwijl hij niets is,

bedriegt zichzelf. Laat iedereen zijn eigen daden toetsen, zonder zich er bij anderen op te laten

voorstaan. Want ieder mens moet zijn eigen last dragen”.  Dat is niet: zoek het zelf maar uit,

maar wel: schuif je verantwoordelijkheid niet af en wil je de wereld verbeteren, begin bij jezelf.

Ik las:  “Ik leer uit de Bijbel dat het niet gaat om het uitvoeren van wetten en regels. God vraagt

van mij liefde en geduld. Direct zegt hij erachteraan dat dit de vrucht van de Geest is. De vrucht is het resultaat van het leven met God. God laat ze door zijn Geest groeien”. Dat geeft vertrouwen!

Weer: en daar worden we zelf bij ingeschakeld, juist dat is hoe de Geest van de Heer wil werken.

 

Dat is ook precies wat Paulus bedoelt met dat:  “wat een mens zaait, zal hij ook oogsten”. 

Dat  begrijpt iedereen: als je b.v. tomatenzaad in de grond stopt, komen er geen komkommers uit te voorschijn, en als je narcissenbollen hebt geplant in het najaar kun je niet verwachten dat er in het voorjaar op die plek ineens tulpen gaan bloeien en uit brandnetelzaad zal geen koren groeien.

 

Zo is het ook als het gaat om je houding en je gedrag: zoals je bent en doet, kun je daar gevolgen van verwachten, en dus moet je aan jezelf willen werken.

Eerder al zette de apostel tegenover elkaar:  een leven ‘naar het vlees’ = je laten leiden door wat uit jezelf opkomt, én een leven ‘naar de Geest’, naar het voorbeeld van Jezus en gericht op de ander.

Hier wordt dat toegespitst met dat beeld van zaaien en oogsten: “wie op de akker van zijn vlees, van

zijn zondige natuur zaait, oogst de dood, maar wie op de akker van de Geest zaait, oogst het eeuwige

leven” – en dan is dat zaaien een beeld voor de keuzes die we elke dag maken, en waar we voor gaan.

Iemand schrijft: “Met zaaien bedoelt de apostel kennelijk ons hele doen en laten, ons denken, onze

levensstijl, de richting die we kiezen, de dingen die we ons opleggen dan wel onthouden”, daar horen

onze manier van werken bij, onze vriendschappen, het besteden van onze tijd en ons geld, hoe we

binnen de gemeente ons opstellen, de dingen waardoor we onze gedachten laten beheersen…..

Nou en dat bepaalt wat er uitkomt, of ons geloof en onze liefde sterker worden of juist niet, of we dichter bij God komen of niet, en of die vruchten van vers 22 rijpen-liefde en vrede, geduld, mildheid, zachtmoedigheid – of juist niet – ik las: “jij bent een akker, verdeeld in twee stukken: de akker vlees en de akker geest, je oude en je nieuwe mens. Het is de vraag waar jij in investeert”. En ook: “we moeten geen ongeduldige tuinders zijn…Het heiligingsproces duurt lang. De Geest werkt op zijn tijd”.   Vandaar de aansporing: “laten we het goede doen, zonder op te geven, want als we niet verzwakken zullen we oogsten wanneer de tijd daarvoor gekomen is” – ga er maar vanuit dat het hard werken is

enblijft, ons leven lang, en wees maar blij dat Gods Geest doorgaat en zoveel geduld met je heeft!

 

Vruchten die groeien aan de Geest – herken je die in je eigen leven, herkennen we die bij elkaar,

zijn we als christenen, als gereformeerde kerk hier in Broek, herkenbaar als mensen die elkaar en

hun naasten liefhebben, die erop uit zijn met alle verschillen in liefde en vrede met elkaar om te

gaan, als mensen die geduldig zijn, die zich dienstbaar opstellen, die leerbaar zijn en open staan

voor wat de ander in te brengen en bij te dragen heeft, zachtmoedig, ervoor in en erop uit zich

in te zetten voor wat goed is en de ander goed doet, onze geloofsgenoten en dan alle mensen?

Als we zo op de akker van de Geest zaaien, inzetten op een leven naar het model van Christus,

mogen we groei verwachten, ervaren we dat we vorderingen maken, en groeien we samen.

Dan moeten we ook heel wat blijven wieden, want o dat onkruid, en o die bittere wortels die

het goede zaad willen verstikken – pas op zegt Paulus dat u niet elkaar een kwaad hart toedraagt

of de voet dwarszet, elkaar in de haren zit of naar de keel vliegt – zo zaaien levert verderf op, is

dodelijk – dan verstikt het onkruid het goede dat gezaaid is en doe je jezelf en elkaar schade.

 

Pinksteren is het oogstfeest van de Geest – die Geest wil ook in jouw en mijn leven werken

aan groei en aan de oogst – Hij wil van ons mensen maken zoals God ze heeft bedoeld en

die lijken op Jezus zijn Zoon – aan ons de vraag of wij daarnaar verlangen en daaraan willen werken.

Als we zaaien wat we krijgen van onze Heer, zal Hij zorgen dat de oogst een feest wordt!

amen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *