liturgie hemelvaartsdag 9 mei 2013
votum en groet
zingen: Ps. 68: 7,8
gebed
Schriflezing: Hand. 1: 4-14
zingen: Lied 228
(1a, 2m, 3v, 4m, 5v, 6a)
Schriftlezing: Ef. 4: 1-16
verkondiging: Ef. 4: 7-10
zingen: Gz. 100: 2,4
gebed
collecte
zingen: Gz. 109: 1,2,4
zegen
————————————————————————————————————————-
Gemeente van onze Heer Jezus Christus,
Het is wel mooi: hemelvaartsdag ruim een week na de inhuldiging van onze nieuwe koning.
Want met alle verschil zou je de hemelvaartsdag van Jezus Zijn inhuldiging kunnen noemen.
En nadenkend over wat een koning of koningin betekent voor Nederland zijn er lijnen te
trekken naar wat het betekent dat Jezus koning is, alle macht heeft, in de hemel en op aarde.
Eerder in deze brief aan Efeze schrijft Paulus dat God alles aan de voeten van Jezus gelegd
heeft en Hem als hoofd over alles heeft aangesteld, voor de kerk die zijn lichaam is – Jezus
is Koning van de kerk maar dat niet alleen: Hem is gegeven alle macht in hemel en op aarde.
Een groot verschil natuurlijk met koning Willem-Alexander die wel invloed kan uitoefenen
op wat in ons land gebeurt maar die als het erop aan komt geen politieke macht heeft en
al helemaal niet alle macht, niet in Nederland en zeker niet in Europa of in de wereld – en
nog een groot verschil is dat aardse koningen en andere leiders vroeger of later moeten
aftreden of ziek worden, overlijden, kunnen worden getroffen door een moordaanslag –
maar van de Heer Jezus weten we en vertrouwen we dat zijn regering geen einde krijgt.
Toch, met alle verschil, belangrijke overeenkomsten, vandaar als thema vanmorgen:
Hemelvaartsdag – Koningsdag!
1. de kroon op het werk
2. velen delen in de winst
3. en nu samen aan de slag
1. de kroon op het werk
Dat kun je wel zeggen van zo’n inhuldiging, zoals die van koning Willem-Alexander.
Je mag dan als prins geboren zijn, en als kind al kroonprins heten, koning wordt je niet zomaar.
Daar zijn heel veel jaren aan voorafgegaan, van intensieve voorbereiding en ook een vechten
tegen wat er aan weerstanden zat, en een overwinning op zoveel dat tegenzat en je tegenkwam.
Nou, dat is nog veel sterker het geval als we denken aan wat aan Jezus’ hemelvaart voorafging.
Jezus die van huis uit de zoon van God was en is, en dus een eeuwig Koning – met alle macht.
Ja maar, aan die majesteitelijke dag van zijn inhuldiging, zijn troonsbestijging, is heel wat voorafgegaan aan voorbereiding, en zelfs aan een felle strijd die Hem alles heeft gekost.
Paulus herinnert daaraan in de tekst: ” ‘Hij steeg op’ – wat betekent dat anders dan dat Hij ook is
afgedaald naar wat later ligt, naar de aarde. Hij die is afgedaald is dezelfde als Hij die opsteeg”. In een andere brief klinkt het als een lied – het is misschien wel als lied gezongen in de oude kerk –
“Hij die de gestalte van God had, hield zijn gelijkheid aan God niet vast, maar deed er afstand van. Hij nam de gestalte aan van een slaaf en werd gelijk aan een mens. En als mens verschenen, heeft hij zich vernederd en werd gehoorzaam tot in de dood – de dood aan het kruis.” (Filippenzen 2)
Ja, want die aarde waarover Hij Koning zou worden, was bezet gebied geworden doordat wij mensen
ons hadden verkocht aan Gods tegenstander satan, in de waan geen God als koning nodig te hebben-
mondige mensen nietwaar, die wel op eigen benen kunnen staan en zelf wel kunnen beslissen wat ze van hun leven willen maken en hoe ze de aarde als leefgebied zullen inrichten – wat steeds weer een illusie blijkt en op een mislukking uitloopt, zoals die andere apostel kernachtig onder woorden
brengt: “Ze beloven vrijheid, maar zijn zelf slaven van het verderf, want waar men door beheerst wordt, daarvan is men slaaf.” (2 Pet. 2) – de ervaring ook van onze eigen tijd laat zien hoe waar dat is.
Gelukkig maar dat de Koning dat niet liet voor wat het was maar dat Hij genadig wilde ingrijpen, en
dat zijn Zoon alles wat Hij had aan macht en rijkdom achter wilde laten om zich te verlagen tot in die diepte van onze schuld – niet alleen een mens geworden maar ook nog slaaf, en zelfs slacht-offer – en dat Hij zo het gevecht aanging met die aartsvijanden van God en zijn rijk: satan, de zonde, de dood, om juist door zich op te offeren en de dood door te gaan en de hel, voorgoed heeft overwonnen:
het is volbracht – Vader, in uw handen leg ik mijn leven neer – en dan en daarom: Hij overwon, die
sterke Held – zoals dat vervolg in die hymne van Filippenzen 2: “Daarom heeft God hem hoog verheven en hem de naam geschonken die elke naam te boven gaat, opdat in de naam van Jezus elke knie zich zal buigen, in de hemel, op de aarde en onder de aarde, en elke tong zal belijden: ‘Jezus Christus is Heer,’ tot eer van God, de Vader.” Wat Paulus in onze tekst aanwijst als waar als iets van was te zien toen lang geleden Gods ark feestelijk werd gedragen naar de plek waar God wilde wonen onder zijn volk toen, in Jeruzalem – psalm 68: “Van Sinai is God de Heer, als overwinnaar groot in eer, naar Sion opgevaren. U steeg omhoog naar het heiligdom, bracht krijgsgevangenen van alom, in uw
triomftocht mede”. Toen gaf God zijn volk en zijn koning de overwinning over hun vijanden, nu is de overwinning veel groter en veel meer definitief: Jezus die sterker blijkt dat zonde, duivel en dood – en die iedereen die zich bij Hem aansluit laat meeprofiteren van zijn overwinning – elke dag Koningsdag!
2. velen delen in de winst
Als vroeger een koning of een generaal een belangrijke overwinning behaalde en daarbij van alles
aan eten en dure spullen buitmaakte, deelde hij daarvan vaak uit aan de soldaten en aan het volk.
We lezen dat ook meer dan eens in de bijbel, in het OT – in die psalm 68 wordt erover gezongen:
“”koningen vluchten, hun legers vluchten, thuis verdelen de vrouwen de buit” – zo ging dat toen.
Ook bij andere gelegenheden tracteerden koningen de bevolking – zo David op die dag dat de ark feestelijk was binnengehaald in Jeruzalem – je zou dat de inhuldiging van God in zijn hoofdstad kunnen noemen – “aan heel het volk, aan alle aanwezige Israëlieten, zowel de mannen als de vrouwen, liet hij brood, gedroogde dadels en rozijnen uitdelen” (2 Sam. 6: 19). Een volksfeest!
Nou, zo gaat dat in Nederland niet meer op koninginnedag of bij een inhuldiging – maar het is
nog altijd zo dat je als volk er baat bij hebt als een koning en een regering dienstbaar willen zijn
aan het algemeen belang, en ook als er oog is voor de talenten en mogelijkheden van elke individuele burger, als er ruimte is voor goede initiatieven, én oog voor wie hulp en ondersteuning nodig heeft,
als niet de burger een nummer wordt en ondergschikt gemaakt aan regelzucht en in hokjes plaatsen,
en als zowel de beschikbare middelen als de noodzakelijke lasten rechtvaardig worden verdeeld.
Nou, als dat ergens zo is, dan wel waar koning Christus regeert, te beginnen in zijn eigen gemeente.
Paulus heeft het in het gedeelte dat we gelezen hebben over gaven, geschenken, die Christus als de
Heer uitdeelt aan wie bij Hem horen, en dat zoals Hij goed vindt en naar ieders draagkracht – in 1 Kor. 12, 11 schrijft de apostel er ook over en dan betrekt Hij er de Heilige Geest bij die daarvoor zorgt:
“Al deze gaven worden geschonken door een en dezelfde Geest, die ze aan iedereen afzonderlijk toebedeelt zoals hij wil” – en dan mag je erop vertrouwen dat het goed gebeurt, eerlijk, wijs – want
wie kent ons nou beter dat de Heer en dan zijn Geest – wie weet nou beter wat ik aan kan en waar
ik goed in ben, en ook wat mij boven de macht gaat en waaraan ik me dus niet hoef te vertillen…?
En dan somt Paulus in dat verband van alles op: wijsheid, kennis kunnen overdragen, een groot
geloof, de gave van genezing, onderscheidingsvermogen, en nog heel wat meer – het is niet een
volledige lijst en elke tijd vraagt weer andere gaven en ook die wil God geven als ze nodig zijn.
Denk ook aan wat eerder in dit hoofdstuk langs komt aan wat nodig is om samen dat volk van
de koning te zijn: bescheidenheid= niet jezelf overschatten maar de ander waarderen om wie hij of zij is, zachtmoedigheid = veel van elkaar kunnen hebben en niet meteen terugmeppen of het de
ander betaald zetten, niet een dikke huid maar een ruim hart hebben; geduldig zijn =een lange
adem in plaats van een kort lontje, en zoals ik iemand hoorde zeggen: dat we niet het probleem
van de gebrokenheid te lijf gaan met onze ongebroken oplossingen – Paulus zegt het nog mooier:
“verdraag elkaar in liefde” – en dan is elkaar verdragen niet iets afgedwongens waarbij we die ander nog niet niet wegmeppen, nee, er staat: de ander erbij willen hebben en erbij willen houden, vanuit de liefde die God voor ons heeft en die God van ons vraagt en die de Geest ons willen geven en leren.
Met als geweldige ondersteunende extra cadeaus – ze staan er ook bij – als dat ene geloof en die ene doop en die ene hoop die we hebben mogen, en zoveel meer dat ons samenbrengt en samenbindt.
Wat een winst die de Heer voor ons behaald heeft door zijn overwinning, en die Hij met ons deelt.
Met dat grote doel waar God aan werkt: dat steeds meer alles vol wordt van zijn aanwezigheid.
van zijn liefde, van zijn eer en grootheid, en van het samen steeds meer een nieuwe schepping zijn.
Daar loopt het op uit – vers 10 – “om alles met zijn aanwezigheid te vullen” – de kerk eerst, ons gemeente-zijn, uw en jouw en mijn leven, maar ook het land waar we wonen, en heel Gods wereld.
3. en nu samen aan de slag
De koning is ingehuldigd! – het werd binnen en buiten de Nieuwe Kerk officieel uitgebazuind.
En daarmee werd een nieuwe periode ingeluid – van aan het werk, als koning, en als bevolking.
Waarbij als het goed is ook de nieuwe koning, samen met zijn echtgenote, en met zijn familie,
ook in die nieuwe periode, samenbindend kan werken, in een land met heel veel verdeeldheid.
Die verdeeldheid, al die verschillen van achtergrond, cultuur, taal zelfs, levensovertuigingen,
meningen en ambities, hoeven geen probleem te zijn, maken zelfs een samenleving veelkleurig.
Gelukkig maar dat niet alle mensen hetzelfde zijn: wat ik niet kan, kun jij wel, en veel beter – en
iedereen is nodig en niemand is overbodig – juist een koning boven al die partijen kan dat uitstralen en zo verbinden – koningin Beatrix hield ons dat vaak voor en zij gaf zelf het goede voorbeeld.
Kijk, en weer, daarin zal als het goed is de gemeente van Christus stageplek en proeftuin zijn.
Ook dat gaat niet vanzelf, dat leert de ervaring, en daarom gaat het er in de bijbel zo vaak over.
De brief aan Efeze gaat er eigenlijk helemaal over: “span u in om door de samenbindende kracht
van de vrede de eenheid te bewaren die de Geest u geeft” – laat zien dat je bij elkaar hoort omdat je samen bij die ene God en Vader hoort, en die ene Koning hebt, en geleid wordt door die ene Geest.
Nou, en dan zijn verschillen geen ramp maar een uitdaging, groeien we niet uit elkaar maar naar
elkaar toe, en dat niet door alle verschillen weg te praten of te onderdrukken, niet door eigen
gelijk te bevechten en de ander weg te zetten, niet door aan te vallen maar aan te vullen – Paulus
zegt het mooi en laat het allebei overeind: “dan zullen we, door ons aan de waarheid te houden(niet: mijn waarheid maar Christus die de Weg en de Waarheid is, door Hem te volgen) én elkaar lief te hebben, samen volledig toe te groeien naar Hem die het hoofd is: Christus”…..en daar heeft ieder
een taak in en krijgt ieder gaven voor:“ieder deel draagt naar vermogen bij tot de groei van het
lichaam, dat zo zichzelf opbouwt door de liefde”. Vanuit het hoofd, onder leiding van de Koning.
Tot de grote dag dat het zover is: alles vol van Gods aanwezigheid, en heel de aarde Zijn koninkrijk!
De Koning is ingehuldigd, Hij is er klaar voor, en Hij maakt u en jou en mij er klaar voor!
amen