Hebreeën 10: 24-25 Waarom zou ik (nog/weer) naar de kerk gaan?

liturgie themadienst (middagdienst)

welkom

belijdenis van afhankelijkheid en vertrouwen

groet – amen

zingen: Psalm 65: 1,2 Levensliederen

1. Wij zingen met verstild verlangen:
God, die aan Sion hecht,
u zult van ons de dank ontvangen
die u is toegezegd.
U hoort wat mensen aan u vragen,
bij u komt al wat leeft.
Zelf kan ik al mijn schuld niet dragen –
dank dat u ons vergeeft.

2. Gelukkig wie u wilt onthalen,
verwelkomt in uw huis.
De heiligheid daar doet ons stralen,
de goedheid bij u thuis.
U antwoord machtig en rechtvaardig,
u redt ons, neemt ons mee.
U bent de hoop van heel de aarde
en van de verste zee.

gebed

Bijbellezing: Heb. 10: 19-25

Zingen: Ps. 84: 1,2 Hoe lieflijk is uw huis, o Heer!

overdenking: Heb. 10: 24-25

zingen: Gz. 163: 1,2,3 GK ‘Dit huis, een herberg onderweg

gebed

collectemoment

geloofsbelijdenis

zingen: NLB 968: 4 ‘Met God zijn wij verbonden’

zegen

Broers en zussen, gemeente,

Waarom zou ik (nog/weer) naar de kerk gaan? Een vraag die als gevolg van de coronalockdown ook tot dan toe kerkelijk betrokken mensen zich stellen. Voorop staat dat wij niet de toekomst van geloof en kerk in de hand hebben maar dat God dat is door zijn Geest. Een hele geruststelling en ook een oproep tot vertrouwen en tot gebed. Maar het neemt niet weg dat wij er ook bij worden ingeschakeld, en dus weer die vraag: waarom zou ik naar de kerk gaan? Wat is de meerwaarde van de kerkdienst in een gebouw, met samen luisteren en zingen, boven het op de eigen bank thuis volgen van een onlinedienst naar eigen keus: van je eigen gemeente of een kerk elders? Het is een vraag voor heel wat kerken: wie komen er straks nog?
En dat in een tijd van sowieso teruglopend kerkbezoek. Veel mensen gaan al lang niet meer, of alleen af en toe. Ze hebben niet zoveel met de kerk als instituut en ervaren kerkdiensten als saai, met woorden en verhalen en rituelen uit een tijd die voorbij is. Er zijn er ook die op de kerk zijn afgeknapt en zeggen: voor geloven heb ik de kerk niet nodig, staat de kerk zelfs in de weg. Soms komen er vervelende ervaringen met de kerk en met voorgangers en kerkmensen bij. Vooral veel jongeren maar ook ouderen zijn best geïnteresseerd in zingeving en in religie maar willen zich niet binden aan een bepaalde kerk of club en zijn bang om op zondag van alles te moeten, na een week van haast en stress.
Waarom naar de kerk? Dat is voor anderen geen vraag: natuurlijk ga ik, als het even kan elke zondag, wat hebben we dat gemist en wat jammer dat we zolang niet mee konden zingen, en wat jammer dat hij of zij niet meer komt.. Jullie zijn er vanmiddag, zelfs voor deze tweede dienst.
Toch is ook voor wie gewend is elke zondag naar de kerk te gaan, dat de gewoonste zaak van de wereld vindt en het ook fijn vindt, de vraag belangrijk naar het waarom van kerklid zijn en naar de kerk gaan: wat is het belang van de kerk en de kerkdienst, wat zoek je er en wat ervaar je er van God maar ook: wat hebben we elkaar en vooral ook onze kinderen en jongeren te bieden, en: hoe kunnen we elkaar en die jongeren, en ook wie zijn afgehaakt of dreigen af te haken, stimuleren om ook (of weer) mee te gaan doen? En om het nog lastiger te maken: hoe bereiken we wie echt buiten staan en weinig of niets weten van God en van de Bijbel of die heel kritisch staan tegenover ieder geloof?
Onze tekst wordt vaak aangehaald als het gaat over trouwe kerkgang, en is ook vaak als vermaan gebruikt voor wie in onze ogen het lieten afweten: “wij moeten onze eigen bijeenkomst niet verzuimen, zoals sommigen dat gewoon zijn” – zo stond het er in de vertaling NBG-1951. En dan zou de boodschap zijn dat dat moet veranderen en dat we elkaar daarop zouden moeten aanspreken, en waar nodig vermanen.
We komen daar straks nog wel op terug maar eerst nog weer die vraag: waarom we eigenlijk naar de kerk gaan, en wat we daar doen, en waarom dat belangrijk zou zijn. Bekend is het antwoord dat je naar de kerk gaat om Gods Woord te horen en te bidden en samen te zingen, en dat is natuurlijk zo, lees wat zondag 38 over de zondag zegt: “dat ik trouw tot Gods gemeente zal komen om Gods Woord te horen, de sacramenten te gebruiken, God de Here publiek aan te roepen, en de armen christelijke barmhartigheid te bewijzen”. In lijn ook met Bijbelse aanwijzingen over eredienst: je doet het tot eer van God. Vroeger hoorde ik thuis wel zeggen: je gaat naar de kerk voor God en niet voor de mensen. Waar achter zat dat als de dominee tegenvalt of mensen in de kerk het laten afweten, je toch blijft gaan, want God roept je en Hij wil dat we allemaal in zijn huis komen, liefst elke zondag, want we mogen nog.
Hoe waar dat allemaal is, het is toch eenzijdig, er is meer van te zeggen. Want als het alleen om God en niet om mensen gaat, waarom is het dan niet voldoende om thuis in de bijbel te lezen en te bidden, of vanaf de bank online een dienst te volgen, en af en toe geld over te maken voor goede doelen? En het is toch waar dat ook mensen die geen lid van een kerk zijn en niet op zondag naar de kerk gaan, kunnen geloven, en bijbel lezen en bidden, en goede doelen steunen? Denk alleen maar aan mensen die te oud of te ziek zijn, of die om andere redenen niet gaan. En wie zijn wij om over mensen te oordelen die andere keuzes maken in geloof en kerk? Ja, en gelukkig konden we in coronatijd toch elke zondag een kerkdienst mee beleven. Ook daar zijn we God dankbaar voor dat die mogelijkheden er zijn in onze tijd. Hoe anders zou het geweest zijn met zo´n pandemie zeg twintig of dertig jaar geleden. Toch is het door heel de bijbel heen duidelijk dat geloven en God dienen iets is voor samen. Vandaar al die beelden voor de kerk als een volk, een huisgezin, een kudde, een lichaam. En dus kom ik niet alleen maar in de kerk om God te ontmoeten en te krijgen wat ik nodig hebt, maar ook om anderen te ontmoeten, om samen te delen wat God geeft en op elkaar betrokken te zijn, om elkaar te steunen in wat moeilijk is, en om wie tekort komt te helpen. Ieder naar eigen mogelijkheden en naar wat iedereen nodig heeft. Als dat stagneert of niet functioneert, en ieder er vooral zit voor zichzelf, omdat het moet of hoort, of ik vooral gefocust ben op wat ik er aan heb, beantwoordt die samenkomst – het woord zegt het al – niet aan het doel: het heet een samen- komst maar echt samen ben je niet want dan zit je er vooral op jezelf en voor jezelf. Als we deze tekstverzen goed lezen, valt alle nadruk juist op dat gezamenlijke. Maar ook dan moeten we erachter komen hoe dat is bedoeld want zomaar gaat ook dat fout, zoals helaas vaak gebeurd is, Laten we op elkaar acht geven, op elkaar letten; dat lijkt op sociale controle, elkaar in de gaten houden als het gaat om kerkgang, avondmaal vieren, besteding van de zondag…Dat kan heel negatief zijn en irritant overkomen. Maar dat is precies niet de bedoeling. De focus ligt op gemeente-opbouw, op samen- komen en er zijn voor elkaar en er samen iets van maken en elkaar stimuleren en bemoedigen en aansporen. Je bent zussen en broers, toch, één gezin? Er staat trouwens niet: laten we op elkaar letten en elkaar aansporen om trouw naar de kerk te gaan en mee te doen met allerlei activiteiten, en dat niemand mag wegblijven. Nee, er staat dat we elkaar zullen aansporen “om lief te hebben en goed te doen”, in de NBV’21: “elkaar aansporen tot liefde en goede daden” en even verder: “elkaar juist bemoedigen”. Óf het dus om mensen gaat, om die ander en ook om mijzelf. Het gaat erom dat we elkaar stimuleren tot betrokkenheid op elkaar en zorgzaamheid en hulpvaardigheid, en dienen door de liefde.
Elkaar bemoedigen, dat is ook maar één aspect van het Griekse woord dat gebruikt wordt; heel letterlijk staat er: ergens bij te hulp roepen, en dat kan elkaar aansporen zijn, of elkaar moed inspreken of juist elkaar opschudden om dingen op te pakken of dingen te veranderen, net naar de ander nodig heeft. De kerk is er niet maar om je als kerkgangers een goed gevoel te geven of te bevestigen in wat je al vindt of denkt of doet, maar juist ook om wakker te schudden of op te roepen om dingen die niet goed zijn in ons doen en laten of aan onrecht gebeurt in deze wereld te veranderen; het mag ook best schuren ongemakkelijk voelen in de kerk. Zoals we in dat lied dat we soms zingen vragen: “maak ons hart onrustig, God – laat ons vechten voor de vrede – steek in ons uw woede aan”. Bemoediging is daar moed voor krijgen, geïnspireerd worden om het goede te doen en tegen onecht en kwaad te vechten, eerst bij jezelf. En dat komt er wel op aan, hoe dichter we bij de dag komen dat Jezus terugkomt….weer: niet om ons bang te maken maar ons te stimuleren, want het gaat echt wel ergens over; laat maar zien waar we naar toe op weg zijn en laat hier samen alvast iets zien van hoe mooi het kan zijn.
Wat ook belangrijk is, dat is of we willen leren, leren van God, met behulp van de Bijbel, en ook leren van elkaar en van anderen mensen, en zo verder komen en groeien…niet denken dat je het al wel weet maar nieuwsgierig blijven en op zoek blijven….en open staan voor de vragen
die mensen stellen of leven bij jezelf…

En als mensen wegblijven of afhaken of na een keertje komen niet terugkomen omdat ze zich niet welkom en niet bemoedigd voelen, wat doen we er dan aan, durven we ook in de spiegel te kijken en ons af te vragen: zou het ook aan ons kunnen liggen? Wat kan anders en beter? Dan is het ook leerzaam als mensen die nieuw binnenstappen met hun ogen naar ons kijken en ons wijzen op blinde vlekken en hindernissen om de boodschap binnen te laten komen en echt contact te maken en gezien te worden; aan ons om te luisteren en er wat mee te doen.

Er staat trouwens in dit vers ook niet dat je de kerkdiensten niet moet verzuimen maar de samenkomsten. Letterlijk wordt een woord gebruikt dat zoiets is als: het bij elkaar brengen van mensen. Dat gebeurt ozondag als er diensten zijn maar ook op andere momenten waar je elkaar kunt ontmoeten en kunt helpen en bemoedigen: als je samen Bijbelstudie doet, b.v. als kring of bijbelstudieclub. Het gebeurt net zo goed als we elkaar opzoeken, als je omkijkt naar wie ziek is of problemen heeft, maar ook als je een feest viert, of iets leuks doet. Er is vast nog wel meer te noemen en te bedenken. En als het goed is zijn we er dan steeds op uit om open te staan voor elkaar en elkaar serieus te nemen en voluit te accepteren, en ook om gastvrij te zijn voor wie zomaar een keer binnenstapt of als gast meekomt zodat hij of zij zich ook welkom voelt.

Waarom naar de kerk? Laat ik het nog even anders benaderen: wat kan de kerk betekenen voor de samenleving, voor mensen om ons heen? In een tijd waarin wordt geklaagd over weinig visie, veel hardheid tussen mensen en bevolkingsgroepen, en weinig luisteren en praten met elkaar over wat echt telt, over wat achter allerlei frustratie en agressie zit en waarom echt gesprek niet lukt en hoe het anders en beter kan…. Nou en dan hebben we met de Bijbel goud in handen: een boek vol verhalen over hoe het goed kan gaan en wat er juist vaak fout gaat en waar dat aan ligt en wat er zou moeten en kunnen veranderen, een Bijbel vol bemoedigende verhalen en wijze spreuken en goede wetten en inspirerende voorbeelden, en vol van Gods liefde en Jezus’ voorbeeld.. Hoe mooi om van daaruit door te praten, zoals b.v. gebeurt op de gespreksgroep, hoe waardevol zou dat voor meer mensen kunnen zijn.
In de kerk gaat het om God, laat dat voorop staan. Maar het gaat God om mensen, om u en jou en mij, en ook om al die anderen. Waarom zou ik naar de kerk gaan? Om God, en juist daarom ook voor die mensen – en dan ook voor mezelf. amen
gesprek met elkaar

Gesprekspunten
1. Vindt u het aspect bemoediging belangrijk in en rond de kerkdienst? Ervaar je bemoediging vanuit de gemeente of zou dat meer en beter kunnen?
2. Hoe kunnen we onze kinderen en jongeren nog meer bij het kerk – zijn betrekken?
3. Hoe zouden we eraan kunnen werken dat meer mensen graag bij deze kerk willen horen?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *