Psalm 36: 7 : God redt ook de dieren

Liturgie avonddienst zondag 6 augustus 2017

Welkom
Zingen: Ps. 8: 1,2 Levensliederen ‘HEER, onze Heer, hoe machtig…’

1. HEER, onze Heer, hoe machtig, mooi en sprekend
hebt u uw naam op aarde uitgetekend!
Vol glans en glorie, macht en majesteit,
uw hemelhoge pracht blinkt wereldwijd!

2. Maar u gebruikt het praten van een kleuter,
de eerste kleine woordjes van een peuter,
en zet daarmee de vijand buitenspel.
Wie zich verzetten komen in de knel.

Stilte en persoonlijk gebed

Votum en groet

Zingen: Ps. 8: 3,4,5,6 LL ‘Wanneer mijn ogen langs de hemel dwalen’

3. Wanneer mijn ogen langs de hemel dwalen,
zie ik de maan, de sterren die daar stralen –
wat is de mens dan dat u met hem leeft,
de mensenzoon dat u hem aandacht geeft?

4. U hebt hem bijna hemelhoog verheven,
een kroon van eer en majesteit gegeven,
de schepping hebt u aan hem toevertrouwd,
het kunstwerk dat door u is opgebouwd:

5. het vee, met schapen, geiten, koeien, stieren,
en zelfs de ongetemde, wilde dieren,
de vogels in de lucht, ze vliegen mee
met alles wat zijn weg vindt in de zee.

6. HEER, onze Heer, hoe machtig, mooi en sprekend
hebt u uw naam op aarde uitgetekend!
Vol glans en glorie, macht en majesteit,
uw hemelhoge pracht blinkt wereldwijd!

Gebed

Schriftlezing: Genesis 1: 20-28 en 2: 15

Zingen: Ps. 104: 3,7,8 ‘Uw bronnen zenden beken in het dal’

Schriftlezing: Romeinen 8: 18-25

Zingen: Gz. 435: 3,5 LvdK ‘Zie ons lijden, Heer, tezamen’

Schriftlezing: Psalm 36

Zingen: Ps. 36: 3 GK ‘Bij U, HEER, is de levensbron’

Verkondiging: Psalm 36: 7b ‘God redt ook de dieren’
Zingen: Ps. 36: 2 GK ‘Uw goedheid, Heer, is hemelhoog’

Gebed
Collecte

Geloofsbelijdenis (staande)
Zingen: Gz. 28: 1,2,3 GK ‘Eens zal er vrede zijn’

Zegen
Amen: Gz. 456: 3 LvdK ‘Amen, amen, amen’

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes,

Nee, dit wordt niet een propagandapreek voor de Partij voor de Dieren, en ook niet een protest tegen megastallen, de bioindustrie of tegen het kopen van plofkippen.
Daar is de preekstoel de plek niet voor; ik heb ook te weinig verstand van alles wat speelt in de complexe afwegingen tussen economie en milieu, de gezondheid van de mensen en het welzijn van dieren – en wie weet precies wat een dier voelt en lijdt…?

Het is wel goed dat mede als gevolg van achtereenvolgende ziekten onder dieren als varkenspest en vogelgriep –met ook gevolgen voor mensen en angst onder mensen-
de manier waarop met dieren wordt omgegaan stevig op de agenda is gezet, ook al ging de aandacht vooral uit naar de gevolgen voor de volksgezondheid en naar de economische schade en ook naar de emotionele beschadiging’ van de getroffen veehouders, en naar de schade voor de economie als geheel, en naar wat gebeuren moest en zal moeten om zulke rampen in te perken en herhaling tegen te gaan.
Maar gelukkig was ook een gunstig gevolg dat allerlei maatregelen genomen werden om te komen tot een betere behandeling van dieren, ook al is dat niet voldoende en blijven allerlei actiegroepen ageren tegen allerlei vormen van wat zij zien – soms terecht – als mishandeling en uitbuiting van dieren.

Nou, en dat mag ons als christenen, als bijbellezers, toch wel extra ter harte gaan.
Want God geeft de mens wel de regeermacht over de dieren gegeven en daarom ook het recht om van dieren gebruik te maken om te eten en te leven – we komen erop terug zo meteen – maar zoals van de schepping als geheel geldt ook van het dier dat regeren niet is als een dictator uitbuiten en zelfs uitroeien – God zegt: bewerken én bewaren, ervoor zorgen – zo staat dat in Gen. 2: 15 als opdracht die God aan de eerste mensen geeft als Hij ze in de proeftuin Eden aan het werk zet.
Dan is het goed dat massale ziekteuitbraken onder het vee en andere ellende als stropen van olifanten en neushoorns, mishandeling van huisdieren, en dreigend uitsterven van bedreigde diersoorten de ogen openen voor een wereld waarin alles draait om steeds hogere productie, steeds grotere winsten, en brute geldzucht, ten koste van onze medeschepselen als vee, wilde dieren, en ook vogels en vissen.

Zoals in de bijbel heel wat bepalingen staan ter bescherming van dieren: de sabbat als rustdag ook voor trekdier en lastdier (dat ook op sabbat te drinken en te vreten kreeg) de dorsende os die recht op zijn voer had, elke zeven jaar kreeg het land rust en mochten de dieren eten van wat vanzelf op de akkers groeide, God die zelfs oog heeft voor het musje dat uit het nest valt en de ooievaar en de zwaluw die feilloos de weg weten als de vogeltrek er weer aan komt, als voorbeeld stelt aan de mens die zo vaak de weg kwijt is en niet rekent met de goede leefregels van God hun Schepper.
En aan de ijver en orde in een mierenkolonie kunnen mensen een voorbeeld nemen
In Spreuken12:10 staat: “Goede mensen zorgen goed voor hun vee – of hun huisdier mag je gerust voor jezelf invullen – maar slechte mensen behandelen hun dieren slecht”- dat is zoiets als: laat zien hoe je omgaat met je dieren,dat zegt veel over
wie je zelf bent, over hoe je in het leven staat, over wat je doet met wat God geeft.
Ja, want zoals we allemaal weten, is in die schepping waarvan God zei ‘kijk eens wat goed!’ door de zonde van ons mensen heel veel scheef gegroeid en verwoest – ook ten koste van dieren.Psalm 36 tekent angstaanjagend hoe de mens die geen respect heeft voor God van kwaad tot erger doorholt, tot schade ook van zijn medemens en van zijn leefwereld.

Gelukkig dat de HEER trouw is – zo hoog als de hemel en zo diep als de oceaan – aan wat Hij maakte. Het is geweldig te lezen en elke zondag te horen dat God door Jezus zondaren redt uit hun nood. Maar neem dat evangelie dan ook mee naar de wei en naar de stal, naar de sloot en naar de zee, naar je achtertuin en naar de jungle: U HEER, bent de redder van mens én dier!

God redt ook de dieren
1. die Hij met ons en voor ons heeft geschapen
2. die door onze schuld lijden onder de vloek
3. die met ons mogen delen in het complete herstel

1. God redt ook de dieren die Hij met ons en voor ons heeft geschapen.

Met opzet zeg ik het zo: de dieren zijn met ons en voor ons mensen geschapen.
In die volgorde graag, anders zouden we zomaar één kant op ontsporen: dieren zijn er voor de mensen, en nog een stapje verder: ach, het zijn maar dieren!

Zeker, het is waar dat God de mens de taak geeft over de dieren te regeren.
Adam gaf de dieren die God langs hem liet paraderen, elk een eigen typerende naam. Dat geeft niet alleen zijn doorzicht en wijsheid aan, maar ook zijn zeggenschap. We hebben ervan gezongen dat de dieren te land ter zee en in de lucht de mens moeten erkennen als hun koning – als regeerder onder en met God.
Nou, en dat komt onder andere hierin uit dat mensen over dieren beschikken mogen.
God heeft daar zelf op meer dan één plaats en manier toestemming voor gegeven.
Zo hebben mensen van oeroude tijden af dieren ingezet als trekdier voor karren en wagens en voor de ploeg, deden dieren (ezels, kamelen, paarden) dienst als een soort vrachtwagen. Maar ook heel nadrukkelijk kreeg de mens de beschikking over dieren om hun melk te drinken, hun vlees te eten, of hun huid te gebruiken voor kleding of gebruiksvoorwerpen. God zelf gaf Adam en Eva dierenhuid als kleding.
Vissen worden met de hengel of het net gevangen en belanden vervolgens in de pan, ook meer dan een vogelsoort is geliefd voor het vlees, eieren worden in massa geconsumeerd….en niet te vergeten: hoeveel dieren zijn niet geslacht en verbrand, als offer aan God…?

Wat dat betreft kun je de bijbel niet naar je toetrekken voor een overspannen soort van dierenbescherming die eigenlijk alle jagen en vissen wil verbieden en al te makkelijk het woord ‘zielig’ uit de kast haalt om ons medelijden op te wekken met al dat dierenleed. Dieren met een smekende blik of tranen in de ogen zijn echt onzin: dieren zijn geen mensen.

Ja, maar toch zet ik met opzet voorop dat dieren geschapen zijn samen met de mensen. En de Bijbel verbiedt vlees met bloed erin te eten omdat in dat bloed ziel is, het leven is – dieren hebben dus ook – maar anders dan de mens – ‘ziel’=leven.
Prof Ohmann, de vroegere hoogleraar OT in Kampen, schreef ooit met de voor hem kenmerkende humor over een streng gelovige boer die het niet de nauw nam met de behandeling van zijn vee en zei dat een dier geen ziel te verliezen heeft, en elke zondag luid kermde over zijn eigen ziel – daar klopt natuurlijk weinig van,
want de Bijbel is er duidelijk over dat ook dieren van God leven en adem krijgen, en dat wij daarom de taak hebben ook voor die schepselen van God goed te zorgen.
We hebben gelezen hoe God zelfs eerst de dieren en toen pas de mens heeft geschapen, en dat echt niet om die mens de vrije hand te geven die dieren meteen weer uit te roeien. Nee, als je deze aarde het woonhuis van de mensen kunt noemen, dan zijn eigenlijk alle dieren, wilde en getemde, tot de vogels en vissen toe, huisdieren. Ook al kenden ze in de tijd van Bijbel geen huisdieren zoals wij die kennen, was een hond een veracht straatbeest en werden vogels gevangen niet om ze in een kooi te laten fluiten maar om ze op te eten – en werden wilde dieren niet gehouden in een dierentuin of safaripark maar gejaagd om vlees op tafel te krijgen

Toch heeft de uitlegger ook gelijk die opmerkt: de dieren zijn medebewoners van datzelfde huis ‘aarde’ en ook de dieren spelen hun rol in de geschiedenis van de mensen en van deze aarde – of dat nu was als strijdros of als schoothondje, als huismussen of als postduiven….. Je moet er toch ook niet aan denken dat je in een wereld zou leven zonder één dier…? Het was de Schepper er niet alleen om te doen dat de mensen heel de aarde zouden bevolken, maar Hij zei ook en zelfs eerst: dat de wateren wemelen van levende wezens – dus kan het leegvissen van de zeeën en oceanen dus nooit de bedoeling zijn – en God zei in één adem: Ik wil dat boven de aarde, in de lucht, vogels vliegen – en dus is het triest dat zoveel soorten hier niet meer voorkomen of zelfs helemaal zijn uitgeroeid.

Iemand schreef terecht dat het dier na de mens het mooiste is dat God heeft geschapen U kent mischien ook wel dat kinderliedje: alles is door God geschapen, herten, mieren, vissen, apen, ook de havik die kan zweven….ja maar ook uw hond, jouw konijn of cavia, dat sterke paard maar net zo dat kleine spinnetje dat je zo eng vindt, of die muis waar u zo bang voor bent….die vlinders in de tuin en kikker in de sloot. Al die dieren horen er gewoon onlosmakelijk bij, en hebben hun eigen taak en betekenis, allereerst tot eer van God die ook hun Maker en Verzorger is – lees en zing maar psalm 104 – en om dat woonhuis van God met ons en voor ons mooi en leefbaar en levendig te maken: wat een feest als al die vogels fluiten op een mooie lentedag, als pas geboren lammetjes in de wei ronddartelen, en eendekuikens achter moeder aanzwemmen, als je hond je blaffend verwelkomt, als op een zomeravond ineens een vleermuis langsschicht, als je peuter speelt met een konijntje, of als je samen in de dierentuin zoveel moois uit zoveel landen bij elkaar ziet….wonderlijk gemaakt!! Kijk, en zou God daar niet van genieten – en graag zien dat wij samen met Hem genieten? Het kan daarom niet anders dat God mens en dier verlost – zo lief heeft God zijn wereld, zijn schepping!

2. God redt ook de dieren die door onze schuld lijden onder de vloek.

Het is al erg genoeg: door God geschapen mensen die van hun God weglopen en tegen Hem kiezen. Daar staat – God had het van te voren gezegd – de doodstraf op: en dood is voorgoed Het Leven missen.Dan schrompelt je bestaan in elkaar tot korter of langer tobben en zwoegen en een beetje genieten, totdat de dood erop volgt en alles wat je bij elkaar gewerkt en geschraapt had, compleet wegvalt. Want dood is meer dan niet meer ademen, dood is onvruchtbaar zijn, op jezelf staan, verlept, verdord. Dood is wat Jezus zegt: de rank los van de wijnstok die zijn leven is, die dode tak wordt opgeruimd. Dat gebeurt – door eigen schuld – met die mens die de kroon op Gods schepping was, die mens die als zaakwaarnemer en bedrijfsleider aangesteld was over alles wat God gemaakt had en die na zijn weigering voortaan het bedrijf voor God te beheren en voor zichzelf te beginnen, alles wat hem in handen was gegeven en onder zijn voeten was gelegd, meesleept de vernieling in. Hoor nog een keer Jezus de Zoon: zonder Mij, en dus zonder mijn Vader, kun je niks doen. Zonde, dat is juist dat: je wilt je leven en je leefwereld runnen zonder deze Vader, tegen Hem in. Zonde is dat de mens zelf de dienst uitmaakt en beslist wat goed en is wat kwaad iNou, en dat heeft de mens geweten en dat voelen zijn medeschepselen tot vandaag aan den lijve. Want als de mens zelf de dienst uitmaakt, wordt dat zomaar dat alles die mens moet dienen. Egoïsme, eigenbelang, geld verdienen, winst maken, daar gaat alles in deze wereld om draaien…en wat en wie dat eigenbelang in de weg staan, moet aan de kant. Gevolg is al die narigheid die door de geschiedenis heen zoveel ellende en verwoesting gebracht hebben: haat en nijd, moord, oorlogen, maar ook uitbuiting van de hulpbronnen, vervuiling van lucht en water en bodem,
rigoureus afschieten van dieren voor hun huid of hun slagtanden, opruimen van oerwouden….Op dat alles slaat wat Paulus het kreunen en zuchten van de schepping noemt, door onze schuld…

Het is te goedkoop en ook oneerlijk dan naar bepaalde mensen of landen te kijken – zoals je ook niet de individuele boer de schuld kunt geven van de nadelen van intensieve veehouderij – waar wij met elkaar voor hebben gekozen en graag van profiteren en niet zomaar een alternatief voor hebben – en ook niet bereid zijn veel meer te gaan betalen voor onze melk of ons vlees…. Nee, we moeten ons er samen schuldig over gaan voelen en verantwoordelijk voor weten, allereerst tegenover de Heer die het allemaal geschapen heeft en aan onze zorgen toevertrouwt, en dan ook tegenover onze medemensen en andere medeschepselen, dus ook tegenover de dieren.

Dat begint bij het zelf goed zorgen voor dieren die aan onze zorgen zijn toevertrouwd: of dat nou uw hond of kat is, je konijn of cavia, je goudvissen, de dieren die je in de natuur tegenkomt en die je niet moet opjagen en geen pijn moet doen, de vogels in de winter die je voert….en het wordt wereldwijd in zorg voor bedreigde diersoorten (b.v. door het WNF en anderen), het tegengaan van overbevissing, het inperken van de jacht, het sparen van leefgebieden van wild,
en net zo goed het nadenken over een andere en betere manier van veeteelt en veevervoer….en dat niet alleen uit voordeel voor de mens maar ook uit respect voor onze medeschepselen.

Vreselijk wat vaak met dieren wordt gedaan, uit wreedheid of gemakzucht of eigenbelang: de hond die wordt gedumpt in het bos omdat de baas met vakantie gaat, dieren van een kinderboerderij die worden mishandeld en afgemaakt, vee dat nooit een straaltje zonlicht ziet en alleen melkmachine is, olifanten die worden afgeslacht om hun slagtanden, exotische dieren in een kooi of een flatje…..ook dat zijn zonden die God boos maken, en waar Hij de daders op zal aanspreken.

Ja, want God die alles maakte heeft hart voor zijn ensen maar ook hart voor zijn dieren. Ik denk weer aan dat slot van Jona waar God de ontdekkende vraag stelt: zou Ik niet begaan zijn met Ninevé, die stad waar zoveel mensen wonen, maar ook niet te vergeten zoveel dieren?

3. God redt ook de dieren die met ons mogen delen in het complete herstel.

Ook de dieren worden al te vaak meegesleept in het verderf dat onze schuld is.
Heel concreet is dat b.v. geworden in de zondvloed: mensen en dieren zijn verdronken. Maar ook toen maakte God al waar: mensen en dieren ga Ik redden.

Behalve Noach en zijn gezin gingen van elke diersoort een paartje mee de ark in.
Niet alleen omdat de mensen straks iets te eten en iets te offeren moesten hebben.
Maar ook omdat God verder wilde niet alleen met de mensen maar ook met de dieren. Omdat God niet laat kapot gaan wat Hij met eigen handen zo mooi had gemaakt. En zo zal het blijven en zal het eens voorgoed compleet worden:
HERE, U bent de redder van mens én dier.

Je mag in alle voorzichtigheid maar toch overtuigd geloven: Jezus is ook gestorven voor de dieren. Nee, niet omdat die dieren gezondigd hebben zodat Gods Zoon zijn leven ervoor moet geven. Wel omdat de Heiland zelf zegt dat God zijn wereld, zijn kosmos, zo lief heeft, dat Hij zijn eigen enige Zoon gegeven heeft – en ja dan staat er bij ‘opdat een ieder die gelooft (en dan gaat het om mensen) niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft. Maar betrek er dan toch maar meteen dat geweldige Romeinen 8 bij, over heel de schepping die in al haar delen zucht en reikhalzend uitkijkt naar de complete verlossing van Gods kinderen – daar profiteren ook de dieren van mee.

Mag mijn hondje mee naar de hemel, vraagt een doodziek kind dat sterven gaat?
Is er ook een poezenhemel, vraagt het meisje dat veel van katten houdt?
Daar kun je het beste maar een kinderlijk antwoord op geven: dat weet ik niet, maar het is er vast en zeker geweldig fijn!

De bijbel tekent wel de nieuwe aarde als een nieuwe schepping, met daarin dieren:
de koe en de berin die goeie maatjes zijn, de leeuw die gras eet en geen prooi meer doodt, het kind dat zelfs voor een slang niet meer bang hoeft te zijn laat staan voor een spin of een mug- en vooral: niemand die meer kwaad doet of slechte dingen uithaalt, ook niet met dieren….

Zou dat van die dieren alleen maar beeldspraak zijn? Of is de nieuwe aarde nog meer dan nu schitterend ook vanwege al die vogels en vissen, die koeien in de wei, die eenden in de vijver….

Ik weet het eigenlijk wel zeker omdat God heel zijn schepping herstelt: kijk eens hoe gaaf!! Een schepping waar geen zonde meer is en alle kwaad voorgoed van de aardbodem verdwenen is. En waar het dus goed leven is en genieten voor mens en dier. Dat zal wat zijn! Echt gaaf!

Ja, zelfs nu al mag je er iets van zien, overal waar mensen schuilen bij de Here,
en waar uit respect en liefde voor de Schepper aan wie we ons leven te danken hebben, we ook goed zijn voor mens en dier. Want wie woont bij de HEER, die heeft het goed!

amen