1 Petrus 2: 19-21: Lijden als roeping

Gemeente van onze Heer Jezus Christus,
dia 1
Twee zondagen geleden ging het over het leven als christen als offer.
We kwamen erachter dat God niet allereerst dingen vraagt, spullen, of
van allerlei als prestaties, maar dat Hij graag ziet dat wij onszelf, ons hart
en ons hele leven, richten op Hem en dat ook door naar elkaar en andere
mensen om te zien, en door daarin steeds meer op Jezus te gaan lijken.
Het ging in de preek ook over het aanleren en samen oefenen van deugden
als geduld en gastvrijheid, dienstbaar zijn aan elkaar, en vrede nastreven.

Wat niet vanzelf gaat omdat wij mensen vaak last hebben van weerstanden
in onszelf, van verkeerde karaktereigenschappen en van slechte gewoontes, en
dan is er nog het klimaat van de samenleving om ons heen waar van allerlei
kanten ons gezegd worden dat we vooral voor onszelf moeten opkomen en
voor eigen land en volk met wat dan onze westerse normen en waarden
zouden zijn – en je als christenen steeds meer in de minderheid komt en
scheef wordt aangekeken als je aankomt met christelijke normen en waarden
als barmhartig zijn ook en juist voor wie in de knel zitten als vluchtelingen,
asielzoekers, voor het kwetsbare leven aan het begin en aan het eind, voor
een vrijheid in verantwoordelijkheid, met respect voor iedereen en waarin niet de vrijheid om de ander te beledigen maar de vrijheid om te dienen drijfveer is……
dia 2
Het kan zomaar voelen als steeds meer vreemd in eigen omgeving en eigen land als
normen en waarden die we hanteren op elkaar gaan botsen en christenen steeds meer een minderheid worden aan de zijlijn, net zoals het was in de tijd dat Petrus deze brief schreef aan mensen die hij aanspreekt als vreemdelingen ver van huis.
Wat hier niet betekent dat ze uit een ander land gekomen waren maar dat ze door
hun bekering tot God en Jezus eruit lagen en ook zichzelf niet meer thuis voelden
in hun stad of dorp, buitenbeentjes in de familie, en zelfs bespot en belasterd werden als waren ze slechte mensen die de belangen van hun medeburgers schade deden.
Petrus schrijft zelfs dat zijn lezers voor misdadigers werden uitgemaakt; in 3: 16 staat
dat de omgeving zich honend uitliet over hun goede, christelijke levenswandel.
Als dat je overkomt – en dat kan ook vandaag aan de dag in een vrij Nederland – dan kan dat voelen als lijden dat het willen volgen van Jezus meebrengt, ook al is dat heel anders dan onze geloofsgenoten moeten lijden in andere delen van de wereld.
dia 3
Dat bepaalt ons meteen bij dat er heel vormen zijn van lijden, en dat het dus de vraag is waar het over gaat als de Bijbel zegt dat lijden hoort bij christen – zijn, en Jezus zijn leerlingen en ons meegeeft dat wie Hem volgt, zijn kruis moet opnemen.
Wat is dat kruis concreet, wat houdt dat lijden in, voor ons vandaag, in dit land?

Als we de Bijbel erop naslaan, komen we erachter dat er heel veel kanten aan zitten.
Beslissend is natuurlijk vooral wat de Heer Jezus er zelf over zegt als Hij mensen oproept om hem te volgen, en dat je dan wel moet bezinnen eer je eraan begint.
Wat ermee begint dat je Hemzelf leert kennen en beseft wat Hij is komen doen.
Dat was voor de eerste leerlingen een hele schok, en het stuitte op veel weerstand.
Toen Jezus het had over zijn eigen lijden, kwam alles in Petrus daartegen in verzet:
“Nee, dat mag niet gebeuren! God zal u beschermen, Heer!” . Het klonk vroom en het was echt gemeend want Petrus hield van zijn meester en wilde niet dat Hij zou worden afgewezen en veroordeeld en ter dood gebracht – maar ondanks zijn goede bedoelingen zat hij er helemaal naast: “Achteruit jij, satan (= tegenstander)! Houd me niet tegen. Jij denkt aan wat mensen willen, maar niet aan wat God wil.”. Mensen – Petrus zelf voorop – willen een sterke leider, iemand om tegenop te kijken en achterna te gaan en mee voor de dag te komen; niet iemand die zich als een loser laat arresteren en veroordelen. Wat moet je nou met een koning zonder zwaard?

Later noemt Paulus de boodschap van het kruis aanstootgevend: “Joden ergeren zich daaraan….Grieken vinden het onzin”. Maar “God is wijzer en sterker dan mensen”…”de dood van Christus is het bewijs van Gods wijsheid en macht”.

Nou, daar waren Petrus en die andere leerlingen nog lang niet aan toe, dat hebben ze door schade en schande – tot zelfs de verloochening van zijn Heer door Petrus –
en vooral door het geduld en de liefde van Jezus zelf – moeten léren geloven.
Zodat Petrus later er zo over kan schrijven in zijn brief: “Christus heeft geleden, om uwentwil….Hij heeft in zijn lichaam onze zonden het kruishout op gedragen, opdat wij, dood voor de zonden, rechtvaardig zouden leven”.
dia 4
Lees over dat laatste niet heen: Christus is voor onze zonden gestorven om zo onze schuld bij God te betalen en de straf te ondergaan die wij verdiend hadden, maar daar blijft het niet bij, het vervolg is dat wij nu ook een ander, nieuw leven leiden:
“opdat wij rechtvaardig zouden leven”….”nu kunnen wij leven zoals God het wil”- BGT
Vandaar de nadruk die Petrus erop legt dat Jezus in zijn lijden en de manier waarop Hij omging met het onrecht dat Hem werd aangedaan – niet dreigen, niet terugschelden, geen kwaad met ander kwaad vergelden – ons een voorbeeld heeft gegeven, ter navolging: “treed dus in de voetsporen van Hem”. Volg Hem echt na!

Nou, dat was wat Jezus zelf had gezegd, toen Petrus niks wou weten van een Meester die moest lijden en zou sterven – waar Bonhoeffer – die zelf aan den lijve heeft ervaren wat volgen van Jezus tot gevolg kan hebben – lijden tot de dood erop volgt – waar Bonhoeffer van zei dat het protest van Petrus zijn onwil is zich te schikken in zijn lijden – en dat is eigen aan de mens, ook aan de kerkelijke mens.
Want wie wil nou uitgestoten worden, genegeerd, wie wil lijden en zelfs sterven?
Laten we Petrus er maar niet hard om vallen, hoe zouden wij er zelf mee omgaan?
Stel dat wij in Syrië woonden, of in Irak, in Noord-Korea, of ergens op de vlucht?

Als Jezus het heeft over wat het volgen van Hem inhoudt en tot gevolg kan hebben,
dwingt hij niemand maar laat hij wie naar Hem luisteren de keus: “wie achter Mij
aan wil komen….”, als Jezus iemand oproept Hem te volgen, is de keus aan hem.
Maar dan moet je wel weten wat je doet, wat het kan kosten, en wil je dat echt?
Want het is niet vrijblijvend en het is vaak geen successtory maar een survival.
Juist omdat die boodschap en het leven van Jezus tegendraads is en dwars.

Nee, dat is niet een oproep om naar een martelaarschap te streven, zoals je dat
in sommige extreme kringen van de Islam tegenkomt, b.v. bij zelfmoordterroristen,
en het ook wel in de eerste eeuwen van het christendom af en toe de kop opstak.
Maar dat is niet de bedoeling van wat Jezus zegt over lijden en over kruisdragen.
In elk geval is het lijden van Jezus zelf uniek: Hij moest sterven voor onze schuld.
Voor wie Hem volgt kan het ook uitlopen op gevangenschap en zelfs de dood, maar dat is niet een soort ideaal, en al helemaal niet iets om bij God eer te verdienen.

Ik gaf al aan dat het lijden dat je kan overkomen, heel veel vormen kan aannemen.
Zo krijgen veel mensen, ook gelovige mensen, te maken met de gevolgen van de
zonde als ziekte, pijn, aftakeling, natuurgeweld, en ook oorlog en conflicten – en als je dat als christen overkomt, is het je roeping om daar goed en gelovig mee om te gaan: in gesprek met God, met hulp van anderen, met vallen en opstaan ook vaak.
Ik las: in dit lijden mogen we vasthouden aan Gods belofte dat we zullen worden bevrijd van de gebrokenheid en sterfelijkheid als gevolg van de zondeval. We gaan
er vanavond dieper op in als het over Gods leiding en ons lijden gaat, en over Job.
dia 5
Maar er kan ook lijden zijn omdat je wilt leven als christen, b.v. door op te komen tegen onrecht, door het op te nemen voor vluchtelingen terwijl anderen ze niet moeten, door christen te zijn op je werk, door niet mee te doen aan grof gepraat of gescheld, wat je kan komen staan op onbegrip, eenzaamheid, spot zelfs, of echt tegenwerking – als klokkenluider b.v. of hulpverlener of gewoon als goede burger.
Over dat soort lijden gaat het in de tekstverzen uit deze brief van Petrus: “het is een
blijk van Gods genade,wanneer u verdraagt wat u moet lijden voor uw goede daden”.
Letterlijk staat er zoiets als: wanneer je dat verduurt, volhoudt, zonder uit reactie terug te slaan of terug te schelden, als je liever onrecht lijdt dan onrecht doet.
Daar gaf de Heer Jezus zelf een voorbeeld van: “Toen hij werd uitgescholde, schold hij niet terug. Toen de mensen hem lieten lijden, bedreigde hij hen niet”. (vers 13).

Wat heeft Petrus door de jaren heen veel geleerd van zijn Heer, en veel afgeleerd.
Wat valt er voor ons nog veel te leren en af te leren, in de kerk en de samenleving.
Ja, en te beginnen in eigen huis, gezin, werksfeer – waar Petrus het ook over heeft:
mannen en vrouwen, slaven en heren – tegenwoordig zouden we zeggen: de chef
en de collega’s – ook als ze onredelijk zijn, of onmogelijk, irritant – wat lijden kan meebrengen, en stress oplevert, en zomaar een tegenreactie zodat het escaleert.

Het lijkt dan wel erg soft allemaal en meegaand van die vroeger opvliegende Petrus, zelfs zo dat hij de slavernij gewoon accepteert en de bazen de hand boven het hoofd houdt, en zelfs oproept om de heidense gezagsdragers te gehoorzamen: “erken omwille van de Heer het gezag van de bestuurders die door de mensen zijn aangesteld: van de keizer als de hoogste autoriteit en van de gouverneurs, die hij heeft afgevaardigd om de misdadigers te straffen en te belonen wie het goede doen”.

Ja, en zelfs – speciaal tegen die gemeenteleden die als slaaf bij een heidense en vaak harde en onredelijke baas moesten werken: “erken het gezag van uw meesters en heb ontzag voor hen, niet alleen voor de goede en rechtvaardige, maar ook voor de onrechtvaardige” – geen populair verhaal, toen niet en vandaag ook niet, luister maar naar hoe wordt gepraat over ministers of de burgemeester, over werkgevers,
over docenten op school of over mensen met een publieke functie – en als je het
ergens niet mee eens bent, ga je de straat op of je spuwt je gal via social media.
dia 6
Zeker, het was toen een andere tijd, en er is van de sociale verhoudingen toen en van de slavernij en het onrecht daarachter, en van het beleid van machthebbers,
heel veel te zeggen, wat de Bijbel niet goedpraat, ook in deze brief niet – maar het gaat hier om hoe je als christen omgaat met onrecht, met leed dat je niet hebt
verdiend maar juist je treft omdat je het goede blijft doen en uit bent op vrede.
Het is treffend en ook erg actueel wat in vers 16 staat: “Leef als vrije mensen, en verschuil u niet achter uw vrijheid om u te misdragen, maar handel als dienaren
van God” – in lijn met een uitspraak van die andere apostel, Paulus, in Gal.5: 13:
“Broeders en zusters, u bent geroepen om vrij te zijn. Misbruik die vrijheid niet om uw eigen verlangens te bevredigen, maar dien elkaar in liefde” – echt een gouden regel!

En denk niet dat de Bijbel hier een kadaverdiscipline leert of dictatuur goedpraat.
Letterlijk staat er dat het genade is als iemand met een geweten dat op God is afgestemd, dingen moet verdragen die pijn doen, onrecht zijn, schade veroorzaken.
Dat kan juist als je in geweten niet kan en mag doen wat een baas of de overheid van je verlangt; dan moet je God meer gehoorzamen en doen wat goed is in de ogen van God en goed is voor je medemens,ook als dat in je nadeel is of lijden meebrengt.
Dat is niet iets om verbaasd over te zijn, maar dat is – schrijft Paulus – onze roeping.Dan mag je erop vertrouwen dat het uiteindelijk goed uitpakt, en God je zal belonen.

Zover kan het gaan als je dienstbaar wilt zijn, aan God en aan de mensen om je heen….met de belofte die wordt meegegeven in 3: 9: “Jullie zijn uitgekozen om goed te doen. Wens mensen dus het goede toe. Dan zal God ook goed voor jullie zijn”.
En in 5:10 sluit Petrus af met een geweldig sterke tekst, om in te lijsten en vooral
je eigen te maken en ook om elkaar ermee moed in te spreken:
dia 7

amen

liturgie morgendienst zondag 19 juni 2016
thema: Lijden als roeping

votum en groet
zingen: Ps. 42: 1,5,6 Levensliederen
1. Als een hulpeloze hinde,
die naar stromend water smacht,
zo verlang ik u te vinden,
u, mijn God, op wie ik wacht.
Ik verlang naar God, die leeft,
die mijn ziel te drinken geeft.
Wanneer zal ik hem ontmoeten,
zal Gods glimlach mij begroeten?
5. God de HEER geeft zijn genade,
overdag – en ’s nachts een lied.
Bij mijn rots ga ik te rade:
‘Waarom komt en redt u niet?
Waarom laat u mij alleen
met de vijand om mij heen?’
Lachend laten zij me weten:
‘Is jouw God je soms vergeten?’
6. Waarom, ziel, zo aangeslagen,
waarom bang en rusteloos?
Hoop op God, stel hem je vragen.
Wees niet langer lusteloos.
Want de dag komt – heb geduld –
dat je hem weer prijzen zult.
Ik kijk uit naar nieuwe tijden,
want mijn God zal mij bevrijden.
wet van de HEER
zingen: Lied 92. 1,2,5
gebed
Schriftlezing: Matt. 16: 21-28
zingen: Gz. 79: 3,5
Schriftlezing: 1 Petrus 2: 11-25
zingen: ‘Een christen zijn op aarde’ (1,3)
(tekst: Hans Mudde, mel:Ps.128)
1. Een christen zijn op aarde is altijd tweeërlei.
Een zondaar en rechtvaardig,/ gebonden zijn en vrij.
Van meet af aan verloren / en zonder eigen kracht,
maar in de doop herboren / en aan het licht gebracht.

3. Een christen zijn op aarde / is vrij in alles zijn.
Aan niemand onderdanig, / volkomen soeverein.
En tegelijk dienstvaardig / als ieders onderdaan,
bereid in goede daden / de ander bij te staan.

verkondiging: 1 Petrus 2: 19-21
zingen: Lied 442: 1-4
gebed
collecte
zingen: Ps. 66: 3,5,7
zegen
amen: NLB 425

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *